I.4.4 Constitutie van de leestekst
Bij de weergave van de basistekst zijn, in aansluiting bij de richtlijnen voor studie-edities in het Handboek editiewetenschap, de volgende uitgangspunten toegepast.Ga naar voetnoot283
* | de basistekst wordt in principe gevolgd; |
* | niet-geïntendeerde fouten en corrupties in de basistekst, zoals aperte zetfouten, zijn gecorrigeerd.Ga naar voetnoot284 Verantwoording van deze verbeteringen vindt plaats in de rubriek ‘Correcties’; |
* | verbeteringen aan de hand van de lijst met errata achter in Br2 zijn in de rubriek ‘Varianten’ verantwoord door toevoeging van een superscripte ‘c’ aan het sigle (Br2c); |
* | interpunctie blijft ongewijzigd, maar de gotische komma (/) is vervangen door de huidige komma (,). De dubbele Duitse komma (//), die dient ter markering van het binnenrijm, blijft gehandhaafd en is aangegeven met een gewone dubbele komma (,,);Ga naar voetnoot285 |
* | hoofdletters zijn weergegeven volgens de basistekst, mede omdat Visscher dit instrumentarium gebruikt om begrippen waarmee hij speelt te benadrukken. Een uitzondering is gemaakt voor de kapitalisering van de eerste versregel van een nieuwe afdeling, waar de eerste twee letters van het eerste woord uit hoofdletters bestaan. Alleen de eerste letter blijft in deze gevallen kapitaal. Het incidentele gebruik van onderkast aan het begin van een versregel is gehandhaafd; |
* | het gebruik van i/j, u/v en uu/vv is genormaliseerd; ‘ij’ is in het geval van een Latijnse meervoudsvorm weergegeven als ‘ii’ (bijvoorbeeld ‘Salii’ in Sp.[2.18], vs. 92); de lange ‘s’ is omgezet in een gewone ‘s’; |
* | een complicatie doet zich voor bij de letter ‘w’, omdat deze verschillende waarden kan vertegenwoordigen. Ze kan naast de ‘w’Ga naar voetnoot286 namelijk ook de hedendaagse lettercombinaties ‘ui’ en ‘uw’ representeren. Wanneer de ‘w’ de combinatie ‘ui’ weergeeft, is deze getranscribeerd als ‘uy’, in overeenstemming met de gangbare schrijfwijze in de Brabbeling.Ga naar voetnoot287 In het sporadische geval dat de ‘w’ voor ‘uw’ staat is deze schrijfwijze, die ook elders in de Brabbeling voorkomt, aangehouden.Ga naar voetnoot288 Slechts in één geval is de ‘w’ getranscribeerd tot ‘uu’: ‘Uutrecht’ (Q.3.59, vs. 1), omdat de eerdere redacties
Lm en Ep daar de variant met alleen de ‘U’ hebben (‘Utrecht’ en niet een spelling als ‘Uytrecht’); |
* | abbreviaturen, voor zover deze zijn ingegeven door typografisch ruimtegebrek, zijn stilzwijgend opgelost. In bijna alle gevallen betreft het een ‘n’, en in de spaarzame situaties dat de abbreviatuur voor andere letters staat levert dat slechts in één geval geen onomstotelijke zekerheid op (Te.[2], vs. 27; verantwoording van de gekozen interpretatie aldaar in de rubriek ‘Varianten’); de slechts één keer voorkomende ampersand of et-ligatuur (&) is op basis van de context weergegeven met het Franse ‘et’ (Q.7.50, vs. 1); |
* | in Q.6.27 en Q.7.50 is het gebruik van het slechts incidenteel voorkomende accent aigu op de ‘e’ in Franse woorden wegens de onderlinge diversiteit binnen de edities en daarnaast afwijkingen van het gangbare patroon (rechte in plaats van schuine streepjes boven de ‘e’) aangepast aan het hedendaagse gebruik; |
* | aaneenschrijvingen zijn gehandhaafd, mede omdat dit regelmatig tot assimilatie leidt; |
* | variatie in lettertype, bijvoorbeeld incidenteel gebruik van de romein, is aangegeven door middel van cursivering; |
* | de vormgeving van de gedichten is gestandaardiseerd. Alle versregels beginnen op dezelfde lijn, dat wil zeggen dat de inspringing voor de eerste versregel genegeerd is. Alle volgende inspringingen ter aanduiding van nieuwe strofen zijn wel gehonoreerd. Voor de regellengte bij gedichten geldt de eenheid van de versregel, dat wil zeggen dat een langere versregel die over twee regels gezet is als één regel is weergegeven; |
* | de typografie van de aanduidingen van de verschillende afdelingen en van de, incidenteel voorkomende, titels van gedichten is geüniformeerd; |
* | drie gedichten die in twee kolommen opgedeeld zijn worden om opmaaktechnische redenen als één kolom weergegeven (Sp.[2].4, 8, 10). |
In de rechtermarge zijn de paginanummers van de basisteksten toegevoegd.
|
-
voetnoot285
- Dat sluit ook aan bij de interpunctie voor het dubbelrijm door middel van een gewone dubbele komma in de eerdere editie Lm die in een ander lettertype, de civilité, gezet is. In contemporaine teksten die in romein gezet zijn komt de interpunctie voor dubbelrijm ook als een gewone dubbele komma voor. Weergave met gewone dubbele komma's sluit dus aan bij de praktijk van destijds. Een pleidooi om bij transcripties de dubbele Duitse komma als interpunctie voor het dubbelrijm niet weer te geven met de dubbele schuine streep, zoals meestal gebeurt, maar met gewone dubbele rijmkomma's is te vinden in: Grijp, ‘Van Druyven-Tros tot Gedenck-clanck’, p. 282, 284 (n. 45). De dubbele schuine streep zou bij de interpretatie van liederen de articulatie versluieren.
-
voetnoot286
- Overigens wordt de ‘w’ zelf ook volstrekt willekeurig verschillend weergegeven, door ‘w’ en ‘vv’. Zo vallen in Visschers ‘Totten Leser’ bij de Brabbeling bijvoorbeeld deze frasen te lezen: ‘ghewaer gevvorden’ (aldaar p. 3) en ‘VVetten en Willekeuren’ (aldaar p. 4).
-
voetnoot287
- Het betreft: Q.1.48, vs. 1-3 (‘Uyt’), Q.2.37, vs. 1 (‘Uytgheleyde’), Q.4.54, vs. 6 (‘Uytvallend’), Q.7.21, vs. 1-5 (‘Uyt’), Ro.1.18, vs. 1 (‘Uyt’), Ro.1.40, vs. 3 (‘Uyt’), Ro.1.42, vs. 6 (‘Uytdruckende’), Tu.19, vs. 1 (‘Uyt’), Te.[1], vs. 35 (‘Uyt druckende’), Te.[4], vs. 141 (‘Uyt’), Te.[5], vs. 121 (‘Uyl’), vs. 243 (‘Uyt’), vs. 244 (‘Uytghesondert’), Te.[6], vs. 70 (‘Uyl’), vs. 88 (‘Uyt’).
-
voetnoot288
- Het betreft: Q.7.5, vs. 1-3, 5-6 (‘Uws/uws’), Tu.3, vs. 9 (‘uws’).
|