Het hek van de dam
(1971)–Simon Vinkenoog– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 185]
| |
U | Amsterdam, magisch centrum van de informatie-explosieaant.(Reflekties n.a.v. de kinderkruistochten der 70er jaren) Het lijdt niet langer twijfel dat Amsterdam de hoofdstad (head-city) van het Europese kontinent wordt. Alle redenen om daar dankbaar voor te zijn; overal ter wereld is de underground aktief in kunst, wetenschap en religie - Amsterdam ligt op een knooppunt, en het neemt een speciale plaats in bij diegenen die een eind willen maken aan de agressieve en destruktieve, paranoïde en gefrustreerde tendenzen in onze samenleving. Op de ranglijst van het Europese sociaaltoerisme staat Amsterdam als vierde (na Londen, Parijs en Rome); voor een onbekend aantal individualisten - ieder met hun eigen inzichten, markten, referentie-kaders - is het allang nummer Eén. In Amsterdam blijkt zich een nieuwe Europese renaissance te voltrekken, die zich o.m. manifesteert in de muziek, het ballet, het museumwezen, de boekhandel en uitgeverij, allen betrokken bij het wereldgebeuren dat aan voortdurende veranderingen onderhevig is, zoals het hoort. Niet voor niets begonnen John Lennon en Yoko Ono in Amsterdam hun vredes-kampagne, ‘the psychedelic resurgence of the surrealist revolution’ valt hier samen met een opleving van de belangstelling voor geheime, ‘okkulte’ leren, die voorbij lands- en taalgrenzen gaan: de symbolieken van Tarot, I Tjing, de astrologie en andere synchroniciteiten. Het grootste theater ontstaat volgens Antonin Artaud in tijden van de grootste pestilentiën; Amsterdam is zo'n schouwtoneel met een pikturaal dekor en een kleurrijke fi- | |
[pagina 186]
| |
guratie die een extra-dimensie verleent aan de 7oer jaren, die nog meer dan de afgelopen tien jaar in het teken van allerlei versnellingen zullen staan. Het Winkler Prins Supplement 1969 signaleert voor de afgelopen 10 jaar een aantal konsepten aan de grenzen waarvan mensen zich bewegen: Celibaat, Konkrete Poëzie, Demokratisering, Dood, Geboorteregeling, Gezag, God-is-Dood, Happening, Homoseksualiteit, Jeugd, Kinetische Kunst, Manipulatie, Medische Ethiek, Mikro-emotive art, Ontmythologisering, Pop-art, Provo, Psychofarmaca, Rassenvraagstuk, Studentenprotest, Tienerkultuur, Totaaltheater, Underground. Hierop zal zeker worden voortgeborduurd in de eerstkomende 40 jaren. Het woord Kinderkruistochten is gevallen in een Telegraaf-artikel (zaterdag 17.3.70) ‘amsterdam verwacht hippie-invasie - Met tien duizenden komen ze uit heel heel de wereld.’ Opnieuw lijdt het geen twijfel dat elk jaar méér jongeren op de mare afkomen, dat Amsterdam het centrum van een informatie-explosie is. In een kosmopolitisch dorp, aan de mond van de rivier, worden veel geheime leren min of meer openlijk beleden, de voorhallen van velerlei tempels openen zich, en allerlei waarheden vragen om konfrontatie. We zijn een nuchter volk, maar gooien hoge ogen met onze astronomen en andere kommunikatie-experts (van Deltawerken tot Computertante Post), onze televisie legt een onuitputtelijke nieuwsgierigheid aan de dag voor wat elders ter wereld gebeurt (van Tibet tot Peru), en wij danken nog steeds een rudimentaire kennis van de moderne talen aan ons achterlijk onderwijs-systeem. In de randstad Holland weerspiegelt zich de leerschool van de ervaring kristalhelder. Op weg van nergens naar nergens ontdekt de vreemdeling in New Babylon een ludiek evenwicht, dat uniek ter wereld is. In deze atmosfeer sleep Spinoza zijn kosmische lenzen, en Rembrandt zou nog steeds naar zijn etsnaald kunnen grijpen. Magisch theater voor wie | |
[pagina 187]
| |
het oor te luisteren legt, inspirerend voor wie zijn ogen de kost geeft, en verstillend voor wie de rust behoeven. Een groeiend aantal Amerikanen, dat de vergiftigde (mentale en feitelijke) pollutie van God's Own Country ontvlucht, ontdekt hier een omgeving waarin kinderen zonder verdoving ter wereld worden gebracht; en de dropout ontdekt hoe het mogelijk is aan alternatieven mee te bouwen als je onthecht, gedesoriënteerd en vervreemd ten opzichte van de geaccepteerde samenleving staat. Die alternatieven zijn mogelijk gemaakt door de stem van de belanghebbenden zelf; er wordt proefondervindelijke sociale arbeid verricht die de belangstelling van de hele wereld heeft. Lady Barbara Wootton, het Engelse (Labour) Hogerhuis lid, die de kommissie presideerde die een studie maakte naar het gebruik van drugs verklaart (Avenue, maart '70) aan Harriet Freezer: ‘Ik ben in Amsterdam in Paradiso en Fantasio geweest en ik vind het een uitstekend idee dat ze daar hun stickje mogen roken, anders maak je er paria's van. Maar als ze er misbruik van maken en bewusteloos op de grond lagen of zoiets, dan zou ik het sluiten.’ Ik vind dat het volk van vreemde vogels zich uitstekend gedraagt; het heeft in Amsterdam leren luisteren naar grote paria's (als ik denk aan Monk, Dolphy, Incredible String Band, Mingus, Baker, Doors) waartoe blijkbaar de Rolling Stones nog steeds behoren. Paradiso en Kosmos (ex-Fantasio) zijn daarom zo belangrijk, omdat de andersdenkenden hier hun zoeken niet in het geheim belijden en geen dubbel leven leiden zoals zoveel waarheidszoekers, theosofen, rozekruisers, christen-yogis en andere alchemisten van oudere leeftijd die zich offerden aan de diktatuur van de konfektiekultuur. Waar mensen elkaar alleen maar in de ogen kijken, omdat zich daar de evolutie afspeelt, wordt het leven-zelf het grote spel waaromheen alle bevrijdingsfeesten draaien. Wat in Amsterdam en de andere buitengewesten zichtbaar wordt, is een leefbaarheid die verleden en heden in staat | |
[pagina 188]
| |
stelt een toekomst te bemannen; een tolerantie die de gefrustreerde repressief voorkomt, omdat hij zich niet kan indenken dat de bestaande struktuur door vernieuwende processen geïnfiltreerd wordt en daardoor verandert: een revolutionnaire verandering, permanent, omdat een proces dat aan de gang is zich niet meer laat stuiten, en zich tegen welke ingreep van de overheid en de media ook slechts kan ontwikkelen. De kinderkruistochten zijn de free flow of information zélf, in persoon; als nu nog avant-gardisten als Aldo van Eyck en Erik Vos de jeugdfestivals konden organiseren die totnogtoe door Amerikaanse business-mensen worden beraamd, dan zou het Holland Festival overbodig kunnen worden, en geld de gemeenschap van morgen ten goede komen. De schoolgaande jeugd van Europa en verder, die het afgelopen jaar de slaapzakken op de Dam stalde en dit jaar elders onderdak zal moeten vinden, speelt een groots avontuur, dat het leven aanlokkelijk maakt. Daarom is het onbegrijpelijk dat de toeziende voogd over het maandblad Plug, mr. H.C.J. Struyck van Bergen, hoofd van het Gemeentelijk Bureau voor Jeugdzaken, in de Telegraaf kan verklaren: ‘Voor minder dan f 3. - kan een stad geen logies met ontbijt geven. Als ze dat verlangen, dan zeg ik: ga dan maar. Amsterdam is geen asiel.’ Ik ben het hartgrondig met hem oneens; Mokum, Nieuw-Jerusalem, ligt niet toevallig op een oost-west trajekt door veel episcopi vagantes begaan. Amsterdam is wél een asiel: een neutrale haven, een toevluchtsoord. Veel vreemde smetten in ons bloed, gastarbeiders van vroeger en nu, uit eigen en andermans wingewesten. Maar de mogelijkheid bestaat dus, dat de overheid het asiel niet wil of kan verschaffen; men kan hierover zeer ambivalente verklaringen van de Vreemdelingenpolitie lezen. Het wordt dan toch tijd dat de heren van de oecumenische raad in Amsterdam (en hopelijk elders) de koppen nu eens niet in het zand, maar bijeensteken om zich te beraden over de | |
[pagina 189]
| |
plaats van de Godshuizen in deze revolutie. Dan kan ik ze wel in kontakt brengen met diegenen die wél voor minder dan drie gulden onderdak kunnen verschaffen, alsmede de goede wil die bij een maaltijd hoort. Makrobiotisch, vegetarisch, primitief, onvolkomen, grass roots, maar teverwezenlijken: ecology-actionvan eigen bodem. Je kunt natuurlijk ook nog met de mogelijkheid rekening houden, dat teveel van ons aanpassingsvermogen wordt gevergd, dat wij (onze overheden) bang worden, op z'n Amerikaans onze tot de tanden gewapende ‘weerbaarheid’ laten zien. God verhoede het; Amerika toont met zijn straattonelen hoe ver het kan komen. Nu is de stad nog niet onbewoonbaar, onleefbaar - nog zijn wij in staat onze kultuur levend te houden door andere kultuurinvloeden positief in ons leven te integreren. Daar zal de knoop steeds meer wringen; in ons kunnen aanvaarden van de ander, die de wereld uitdaagt met zijn langharige freaky dit ben ik. Voorlopig is er nog tijd voor binnenskamers overleg; straks barst de zomer in de straten open en in de stereo-vertrekken en publieke parken waar het meest wettige en waardevaste betaalmiddel, het plezier, het genot, gangbaar is. Een Grote Vakantie wacht ons, als wij willen en kunnen. In onze kinderen komt het planetaire bewustzijn tot ontwaken; zij willen eruit (‘het zeegat uit’) - laten de media deze boodschap verstaan; niet aan de hand van proces-verbalen, politie-rapporten en de welwillende konklusies van vrijetijdsdeskundigen, maar van binnenuit, temidden van het gebeuren zélf, dat elk seizoen opnieuw een ander voorkomen heeft. De vreemdeling verruimt onze blik, laten wij ons gastvrij betonen, wij kunnen hem met een glimlach álles geven dat hij zoekt. Grote woorden voor eenvoudige begrippen: vriendschap, solidariteit, menselijkheid. Wie niet in de hoofdstad?
(maart 1970) |
|