Het hek van de dam
(1971)–Simon Vinkenoog– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 66]
| |
G | Love Special Deliveryaant.It is great joy to realize that the Path to Freedom which all the Buddhas have trodden is ever-existent, ever unchanged, and ever open to those who are ready to enter upon it. (Ten Great Joyful Realizations, The Precious Rosary, Tibetan Yoga & Secret Doctrines) Het is mijn ervaring, dat de taal - het door de spraakorganen voortgebrachte middel waarvan de mens zich bedient om zijn gedachten of gevoelens kenbaar te maken (van dale) - maar een zeer beperkte vorm van kommunikatie inhoudt. Niet is het mogelijk met het woord alleen, via drukletters of schoonschrift, met op papier vastgelegde tekens of door mondeling overgebrachte klanken, een steeds groeiende schat aan gedachten en gevoelens van de ene mens op de andere over te dragen - nog daargelaten het onloochenbare feit dathet mogelijk is met de taal te goochelen, te jongleren, te liegen, te verdoezelen, te huichelen, te oordelen, af te wijzen en te schelden. De oorspronkelijke betekenis van het woord: de Logos, het ware woord, is verloren gegaan door de al te menselijke pogingen ons tegen de buitenwereld te beschermen, waar deze ons maar al te vaak vijandig voorkomt. De mens verschuilt zich meestal achter zijn taal, in plaats van zich door de taal te openbaren. Volgens prof. Dresden is de dagelijkse taal in wezen niets anders dan een beperking, een inkrimping, een regulering van een uiterst rijke en dynamische taal, die alleen in de dichtkunst nog zuiver verschijnt. Het houdt woekeren met tijd en ruimte in om in een tijdperk van ruimtereizen en een groeiende nieuwe elektronische kommunikatie voorbij de taal - in de stilte bijvoorbeeld - te vinden en te zoeken het | |
[pagina 67]
| |
geheim van het leven, dat in ons allen steekt: verborgen voor de een, geopenbaard voor de ander. Zoekers ons gehele leven, is het mogelijk dat wij op een gegeven ogenblik over de waarheid struikelen, of dat wij - ons hoofd tegen harde muren stotend - ervaren dat het een verruiming kan betekenen eens en voorgoed alle wanhoop ter wereld aan den lijve te ondergaan; alle menselijke nachtmerries, denkbeeldig, waarachtig, te doorstaan; alle twijfels en angsten te konfronteren; alle eigen ervaringen te integreren in de gestalte die wij voorstellen, een menselijke naamdrager vervat in het lichaam, dat van geboorte tot dood met ons meegroeiend (lerend en af-lerend, vallend en opstaan, wankelend en zich weer oprichtend) zich schrap en teweer stelt, om zich uiteindelijk toch gewonnen te geven, teneinde de overgave aan het leven te leren kennen. Wie het, als ik, tot een van zijn plezierige taken rekent, de taal zuiver te houden, geschikt voor menselijke konsumptie, kan niets anders dan die tekortkomingen te onderkennen en te signaleren, welke de waarachtige vooruitgang van de mens in de weg staan, en hem mogelijkerwijze de kans op een grotere toekomst kunnen ontnemen. Dat heeft élk mens voor zichzelf te beslissen: in hoeverre hij betrokken is bij het wereldgebeuren, in hoeverre hij persoonlijk deel wil blijven uitmaken van gaande en komende evolutionaire verschijningsvormen van het leven; in hoeverre hij in staat is zich een beeld van de werkelijkheid te vormen, dat niet vertekend is door projekties, misverstanden en/of taboes. Het is onmogelijk, de hiertoe benodigde ‘inklusieve’ instelling op te doen aan de hand van het hedendaagse onderwijs. Het huidige schoolsysteem is er in geen enkel opzicht op berekend een geheel mens af te leveren aan de samenleving. Het is al eerder gezegd, en het kan niet vaak genoeg herhaald worden, dat een vorm van scholing die er slechts op uit is passieve, drie-dimensionale kennis over te dragen | |
[pagina 68]
| |
uit een statisch tijdperk, volslagen ontoereikend is in een dynamische, meer-dimensionale samenleving, waarin steeds meer situaties zich voordoen die totdantoe niet behoorden tot de werkelijkheid. De laatste hoofdstukken van het verhaal der moderne wetenschappen zijn meestal slechts aan te treffen in vaktechnische tijdschriften, maar genoeg ervan dringt door tot de intelligente lezer om hem te doen beseffen hoe groot de afstand is tussen datgene, blootgelegd door de wetenschappelijke avant-garde, en datgene wat voor ‘waar’ wordt aangenomen door een normatieve, gekonditionneerde samenleving, behoedster van het verleden, met achterhaalde denkwijzen. Een kloof van tientallen jaren scheidt de denkende, begrijpende mens van de ander, zijn buurman wellicht, gevangen in een misleidend labirint, de nonsens en angstige wartaal van een samenleving die ‘orde’ prefereert boven ‘ontwikkeling’ terwijl juist die zogeheten orde het meest angstaanjagend is! Funest is de zogeheten voorlichting, gegeven door sommige grote persmedia, die bij hun lezers spekuleren op deels bewuste, deels onbewuste frustraties en neuroses, angsten en onwetendheden; hierbij dringt het politieke nieuws ander nieuws van de voorgrond, en deze spitst zich uiteraard toe op de tegenstellingen tussen Oost en West, Noorden Zuid - waarbij een raadselachtig wezen opdoemt vanachter een bamboe-gordijn, ‘een dreigend gevaar’ voor velen, een ‘sluipend geel monster’: vreemd, onbekend, vijandig. Het zou de doorvoelde intentie van elke kommunikator moeten zijn, en het uitgangspunt van elk mens die bewust het woord richt tot een ander, om angsten - stoelend op onwetendheid - uit de wereld te ruimen, hoe eerder hoe beter. Het is volslagen neurotisch (goddeloos) om te twijfelen aan de mens, zijn leven en zijn wereld: de aarde is pas vier miljard jaar oud en kent nog een ongekend aantal vooruitzichten. | |
[pagina 69]
| |
Weg met de angstHet is van het hoogste belang, dat elk mens zich bewust wordt van de kreatieve impulsen die in hem leven als hij kind is, en die hij in leven dient te houden als hij waarlijk volwassen wil worden, d.w.z. niet atrofieert, verschrompelt in de ideeën van gisteren, die altijd achterhaald worden door het hier en nu, dat zich voortdurend uitbreidt al naar onze mogelijkheden het wereldgebeuren als een synchroniciteit van gebeurtenissen, ontwikkelingen, aflossingen van de wacht, evoluties te zien. Het is noodzakelijk, dat wij ons losmaken van al die gevaarlijke konditionneringen, waardoor wij het slachtoffer worden van machten die niet de totale, bevrijde mens vertegenwoordigen. Het is noodzakelijk dat de mens zijn lot in eigen handen neemt, omdat hij het vermág - in welke verouderde rubricerende kategorieën men hem ook tracht te duwen. ‘Mensen zijn goden geworden en behoren zich aldus te gedragen. De wetenschap heeft ons de totale heerschappij over onze omgeving en ons lot gegeven, maar in plaats daar vreugde in te vinden zijn wij bang’. Deze woorden sprak dr Edmund Leach, een socio-antropoloog uit Cambridge in een serie bbc-radiolezingen, ondertussen in boekvorm verschenen. Wij zijn geen onderzoekers, die aan het einde van een mikroskoop of teleskoop een ándere wereld aantreffen, wij zijn scheppers, die één wereld delen, en als gemeenschappelijk ideaal zien de vereniging van mens en maatschappij, binnen en buiten dood en leven, in een gebied dat voorbij de grenzen van de taal ligt, in een vrede die dóór het wereldkonflikt heen slechts door het uit de weg ruimen van de allerlaatste konflikten in het individu zélf en alleen dáár kan worden aangetroffen. Niet voor niets wordt gehamerd, door psychologen en sociologen, op het spel-karakter van ons leven; de noodzaak | |
[pagina 70]
| |
tegelijkertijd betrokken te zijn bij alle gebeurtenissen en daarvan lós te staan, als Outsider, Marginal Man, of zo maar - uit eigen naam. Het besef, dat men meespeelt in een groot gezamenlijk ondernemen is de enige mogelijkheid voortdurend in staat te blijven door obstakels van ego-gebondenheid, kulturele konditionering en onbewust handelen héén te dringen. Het bewustzijn is een speelterrein, dat iedereen toebehoort, men kan geen ander buitensluiten, wie zich maar wil laven aan de oorsprong van zijn schepping, weet lessen te trekken uit de konfrontaties met zijn geboorte, orgasme en dood. | |
Voorbereiding op overstromingDe psychedelica zijn onverbrekelijk verbonden met alle huidige dialektieken en fenomenen - mijn ervaringen, visioenen, perceptie-wijzigingen zijn aan te treffen, overal, in poëzie, autobiografisch proza en elders. De neergeschreven woorden zijn slechts een inleiding op welke andere vorm van kommunikatie dan ook. Over de volmaakte betekenis van het psychedelisch ervaringsproces liet ik al eerder dr Timothy Leary aan het woord in het tijdschrift Maatstaf, dat handelde over dit onderwerp (januari/februari 1967): ‘Vanuit het standpunt van degevestigde waarden van de oudere wereld is het psychedelische proces gevaarlijk en krankzinnig - een opzettelijke psychotizering, een zelfmoordzuchtig loslaten van de stabiliteit, konformiteit en evenwichtigheid waarnaar de mens behoort te streven. Met haar nadruk op bewustzijn, op innerlijke, onzichtbare, onbeschrijfelijke fenomenen, met haar vermenigvuldiging van werkelijkheden, is de ervaring aangstaanjagend onbegrijpelijk voor iemand, die een rationele, calvinistische, op sukses gerichte, behavioristische, uitgebalanceerde, konformistische filosofie aanhangt. Maar de ervaring | |
[pagina 71]
| |
heeft volmaakte betekenis voor iemand die bereid is de wereld te ervaren in de termen van het Einsteinse exponentiële inzicht in het heelal. De psychedelische ervaring is een voortrejfelijk-effektieve voorbereiding op de overstroming van gegevens en de problemen die komengaan.’ De problemen, die komen gaan. Ieder op zich. De rotonde in de draaikolk. Soms een woord, slechts gedeeltelijk verstaanbaar. Voor een dichter: Niets. Alles. De keer op keer der dingen. Kristal op de keper. Het zou om te beginnen aanbeveling verdienen - de psycho-therapie van de dans - een niet-problematische benaderingswijze te vinden, mee te helpen aan het doen afsterven van verouderde denkpatronen, taboes te doorbreken door goed voorbeeld goed te doen volgen, de seksualiteit te bevrijden van het verziekte woord, en zoveel mogelijk machtsstrukturen te doorschouwen en dwars te zitten. Ruimten te over! Het proces is al gaande; het is een lust alle ontwikkelingen gade te slaan, ze aan den lijve te ondervinden. Alleen al over de thans voorzienbare gevolgen van de automatisering schrijft professor Fred Polak, persoonlijk te geloven, dat ‘deze in onze mensenwereld de ongelofelijkste metamorfose sedert mensenheugenis tot stand zal brengen. Een openbrekende doos van Pandora met dubbelzinnige, hoogst gekompliceerde inhoud van vloek en zegen. Ons toekomstig mensen godsbeeld, het heersende maatschappij- en wereldbeeld, zullen opnieuw aan een fundamentele struktuur-wijziging worden onderworpen.’ (Automatie als doorbraak naar nieuwe internationale verhoudingen, katern nr 3, oktober 1965, van de werkgroep 2000, Amersfoort)
Vloek? Zegen? ‘De komende tijd kan boeiend en fascinerend worden voor degenen, die hun mentale lenigheid weten te behouden.’ schrijft drs H. Cohen in hetzelfde nummer van Maatstaf. ‘Het snelle tempo zal echter een nachtmerrieachtige Brave | |
[pagina 72]
| |
New World scheppen voor mensen met geestelijke kortademigheid. Hetzelfde geldt onverminderd voor sociale instellingen, die a.h.w. een traditioneel conservatisme hebben ingebouwd, zoals politie en justitie. De ontwikkelingen in Nederland van de laatste tijd lijken daarvoor illustratief.’ De Acid Test van de werkelijkheid blijkt de ervaringen van lsd-gebruikers te staven; wie zijn bewustzijn verruimt en versnelt door het open te stellen voor gedachten uit andere referentie-kaders dan de hem bekende, verkrijgt meer inzicht en verdieping in de gegevens waarmee hij werkt. De kontekst van het lsd-gebruik is een zeer gevarieerde; psychedelici, psycho-lythici en andere kategorieën gebruikers en/of toepassers wijzen op de set, setting (omgeving, innerlijke instelling) als van het grootste belang voor het resultaat. Het moet mij van het hart, dat de wijze waarop in psychiatrische inrichtingen met lsd wordt geëxperimenteerd, bij wijze van proef-therapieën, mij vaak ontstelt. Ik lees dat een 17-jarige jongen in een Amsterdams Gemeenteziekenhuis met lsd werd behandeld; de behandeling moest gestaakt worden toen hij ‘psychoïde angsten’ ontwikkelde. Anderhalf jaar later, in het Huis van Bewaring terechtgekomen, dezelfde verschijnselen. Men schuift deze angsten de lsd in de schoenen, in feite hadde lsd in eerste instantie gebruikt, juist moeten dienen om die jongen van zijn latente ‘psychoïde angsten’ áf te helpen! Soms kan men niet anders dan vloeken als men ziet hoe psychiaters spelen met vuur waardoorheen zij zelf niet zijn getrokken. Opmerkenswaardige dingen hierover schrijft Alan Watts in zijn essay A Psychedelic Experience: Fact or Fantasy? (in de bloemlezing van David Solomon LSD: The Consciousness-Expanding Drug, peperbek 1966, in Nederland bij Bruna verschenen). ‘Het is bijna een standaard-grap dat psychiaters pejoratieve, putdown woorden hebben voor elke menselijke emotie; eufo- | |
[pagina 73]
| |
risch voor gelukkig, gefixeerd voor geïnteresseerd, en compulsief voor vastbesloten. De discussie over psychedelische chemicaliën, zowel in de wetenschappelijke literatuur als de publieke pers, is volledig doortrokken van ontwijkende, negerende taal van allerlei soort, in artikelen die voorgeven onpartijdig en gezaghebbend te zijn. Al vanaf het eerste begin roept het woord “drug”, in dit verband gebruikt, de sociaal-laakbare image op van mensen, die “drugged”, “doped” zijn, “verslaafd”, “bedwelmd”, “onder de dope zitten“ - met glazige ogen, struikelend, achterovergevallen menselijke wrakken, teruggetrokken uit de werkelijkheid in een diabolisch paradijs van bizarre, wulpse dromen. Het beeld verschijnt van de Fu Manchu opium-kit, met gillende imbecielen aan het eind van de grens. Zo wordt gewoonlijk de uitwerking van psychedelica vergiftig (toxisch) genoemd, en naar de teweeggebrachte sensore en emotionele veranderingen wordt verwezen als “vervormingen”, “bedrieglijke waandenkbeelden”, “dissociaties”, desoriëntaties’ en ‘regressies’ of als ‘verlies van egostruktuur’ en ‘abnormale perceptie van het lichamelijk beeld’. Dit is pathologische taal. Gebruikt zonder duidelijke kwalifikaties houdt deze in, dat een dusdanig veranderd bewustzijn ziek is. Wanneer ook - in de kontekst van een wetenschappelijk artikel - de auteur vermeldt dat ‘proefpersonen religieuse exaltatie meemaakten, en sommigen gewaarwordingen beschreven van eenheid met God’, en hij laat het daarbij, dan is de gevolgtrekking duidelijk: dat zij krankzinnig werden. Want om in onze kultuur te voelen dat je God bent is bijna krankzinnig bij definitie. Maar als in de Hindoe-kultuur iemand zegt: ‘Ik heb zojuist uitgevonden dat ik God ben’, antwoorden ze hem: ‘Gefeliciteerd! Eindelijk heb je het begrepen’. Vanzelfsprekend betekent het woord ‘God’ niet hetzelfde in beide kulturen. Toch pennen psychiaters zulke volstrekt verdoemde opmerkingen neer zonder skrupules, en zij voelen zich vrij hun diagnostisch jargon van de psycho-pathologie te gebruiken voor bewustzijns- | |
[pagina 74]
| |
toestanden die velen van hen niet de moeite waard gevonden hebben zelf te ervaren. Want zij nemen aan dat zij akkurate informatie over deze toestanden krijgen van proefpersonen, die niet getraind zijn in wetenschappelijke beschrijvingen en zij vrezen dat het hun wetenschappelijke objektiviteit zou schaden als zij nieuwe bewustzijns-toestanden beleefden. Dit is pure scholastiek, zoals de theologen bedreven die tot Galileo zeiden: ‘We hoeven niet door je teleskoop te kijken, want wij weten al hoe het heelal in elkaar zit. Als je teleskoop ons iets anders laat zien, is het een instrument van de duivel.’ ‘Zo laten evenzeer,’ vervolgt Alan Watts, ‘veel beoefenaars van de inexacte wetenschappen (psychologie, antropologie, sociologie) duidelijk weten dat zij al weten wat de werkelijkheid, en dus het gezond verstand is. Voor deze armzaligen van geest is werkelijkheid de wereld zonder poëzie: de reduktie van het fysieke heelal tot de meest banale en uitgedroogde termen die maar denkbaar zijn, in overeenstemming met degrote Westerse mythe dat alle natuur buiten de menselijke huid een dom, niet voelend mechanisme is.’
Tot zover Alan Watts, wiens beredeneerd taalgebruik even aanvoelbaar is als de wijze woorden van 's werelds religieuze stamvaders. Men kan b.v. noch de geopenbaarde Bijbelteksten, noch de leergeschriften van Boeddha met behulp van de gereduceerde, vernauwde ratio alleen verstaan, men moet bereid zijn zich van alle tijdgebonden konditionneringen te ontdoen (volgens Henry Miller: 2000 jaar bijgeloof, blinde onwetendheid) wil men niet alleen een waarheid kennen, die eeuwig genoemd wordt, maar deze ook toepassen in zijn dagelijkse onverbiddelijkheid. Het vereist inderdaad inspanning om boven de vechtende partijen allerwegen uit een vredelievend, de tegenstellingen verenigend standpunt te vinden, dat niet vastgelegd wordt, maar in staat is met alle ontwikkelingen mede te evolueren. Het vereist moed, en openheid. | |
[pagina 75]
| |
Door de eeuwen heen hebben mystici en profeten verklaard dat alles goed is, en wij allen één zijn - en als het in werkelijkheid niet zo is, wat doen wij er aan om het waar te maken? Streven wij voortdurend naar een eenheid in ons denken en doen, weten wij telkens opnieuw dat wij niets hebben - alles wordt ons bij de dood ontnomen - en beseffen wij ook dat wij bij leven en welzijn van Alles kunnen en móéten gebruikmaken, om ons geluk te vinden? Tijdens een televisie-uitzending over bewustzijns-verruimende middelen (vara, 21 augustus 1967) werd professor Plokker gevraagd: ‘Hoe komt het, professor, dat laten we zeggen vooral de kunstenaars lsd-gebruik, om ons te beperken tot de lsd, nogal eens willen propageren in Nederland, bijvoorbeeld een man als Vinkenoog is duidelijk een voorganger. Hebt u daar een verklaring voor?’ Zijn antwoord luidde: ‘Dat zal dan wel aan de persoonlijkheidsstruktuur van de mensen die het propageren liggen. De meest bekende is natuurlijk Aldous Huxley geweest, die daar voortdurend op gewezen heeft en zelfs het advies gaf dat ieder mens zo één of twee keer per jaar eens een dergelijke roes moest ondergaan. Hij gebruikte zelf de mescaline, geen lsd, want daar zou de wereld dan veel beter door worden, zou de kreativiteit van de kunstenaar groter worden en zo voorts meer. Mij heeft dat nooit overtuigd. Deze mensen spreken wel telkens van diepe inzichten die ze krijgen, vergezichten, ook in het buitenmenselijke, maar als men ze nu au fait neemt en vraagt, ja, maar wat is dat dan precies dan horen we meestal gemeenplaatsen: opgaand in het al, een vereniging met de kosmos en dergelijke, maar een werkelijke positieve uitwerking heb ik er persoonlijk nooit van gezien.’ Prof. Plokker - o.m. gespecialiseerd in de beeldende kunst van schizofrenen - moet wel vreemd in de wereld staan, als hij niet hoort of ziet op hoeveel positieve wijzen lsd de werkelijkheid beïnvloedt. In de poëzie, de muziek, de dans, de literatuur, het | |
[pagina 76]
| |
theater, de film, de beeldende kunst, de wetenschap, de religie en alle andere vormen van menselijke kreativiteit van de laatstejaren is zoveel psychedelische ‘input’ aan te wijzen, dat de ‘output’ in de wereld niet anders dan vruchtdragend, scheppend, vernieuwend, hervormend en verruimend kan zijn. Het profijt daarvan is wellicht niet weggelegd voor de heer Plokker, maar misschien wel voor zijn zonen of kleinzonen. Dit zijn nieuwe woorden voor oude, de kern van alle psychotherapie. Het is broodnodig, dat deze dingen onder de aandacht gebracht worden van mensen die over lsd een mening willen hebben, want inderdaad: vele de dingen die komen gaan, terwijl er tóch geen nieuws is onder de zon die zich van onze huidige monumentale problemen even weinig aantrekt als miljarden jaren geleden. Elk mens heeft zijn eigen keuzemogelijkheid, en in dit leven bewandelt elk mens zijn eigen weg, gewaarmerkt door eigen ervaringen. Ik was eenzaam in mijn jeugd, eenzaam ook toen ik op mijn 30e, in 1959, voor het eerst lsd toegediend kreeg - geen mens om mee te kommuniseren over mijn overweldigende ervaringen: mijn herleefde geboorte, naderhand - jaren later - de ontdekking van religieuze gevoelens, de oorsprong van de schepping... In de jaren '62 tot nu raakten velen overal ter wereld bekend met psychedelische ervaringen, niet alleen via chemische middelen als mescaline, lsd, dmt, det en stp, maar ook via natuurlijke middelen als o.m. de peyote-cactus, ipomea (morning glory) zaden en de zaadjes van de baby wood rose uit Hawaii. Via deze wegen, en de daaropvolgende vormen van inkeer, bezinning en verdieping hebben velen nieuwe kommunikaties leren kennen, die - als men het mij vraagt, zodat ik het nu duidelijk zeg - onontbeerlijk zijn voor een verruimd begrip van ‘de werkelijkheid’ - de ontdekking van de psychische energie die in o.m. lsd steekt, is van even groot belang | |
[pagina 77]
| |
voor de mens als de kennis van het atoom, deze fenomenaal krachtige fysieke energie - zij zijn aan elkaar verwant, tijdgenoten: beide betekenen zij voor de mens de belichaming van Einstein's nieuwe heelal, waarin de materie niets dan energie is, en ons leven een krachtveld. Vanuit dit krachtveld staat de lsd-gebruiker bloot aan alle misverstanden, die maar kunnen optreden wanneer een nieuwe revolutie zijn intrede doet. Hij wordt gekonfronteerd met de angsten van zijn omgeving, die voor elke ontwikkeling terugschrikt omdat dit inhoudt, dat men zijn gedachten-wereld anders moet gaan inkleden; het leven heeft inderdaad veel weg van een hersenspoeling. Maar daar zijn de hersenen voor; is niet de kreatieve capaciteit van de hersenen, voor alle praktische doeleinden, oneindig? Natuurlijk is lsd gevaarlijk, gevaarlijk voor de maatschappij, die er baat bij heeft dat ingezetenen, staatsburgers, het sociale spel blijven meespelen ook al zijn de spelregels verouderd, onrechtvaardig en verontrustend in hun konsekwenties. Hoevelen belanden in krankzinnigengestichten en gevangenissen, door omstandigheden buiten hun eigen schuld, slachtoffers van milieu, omstandigheden, onvoldoende voorlichting en een voor het leven ontoereikende opvoeding? Voorlopig is niet bewezen, dat lsd - mits gebruikt volgens eenvoudige aanwijzingen: uit liefde, in vertrouwen, zonder paniek of angst, in de wetenschap dat het ‘ego’ zal worden ‘aangetast’ - gevaarlijker is dan bijvoorbeeld het algemeen-aanvaarde genotmiddel, het vergif geheten alcohol. Kortgeleden is uitgerekend, dat ware dit het geval, gezien het aantal lsd-gebruikers in de V.S. van Amerika, nu zo'n 40.000 ‘bad trip’ slachtoffers in Amerikaanse psychiatrische inrichtingen terecht zouden zijn gekomen. Een katastrofe van dergelijke omvang zou ons zeer zeker bekend zijn... Op de vraag, waarom zoveel kunstenaars, intellektuelen en | |
[pagina 78]
| |
studenten hun toevlucht nemen tot LSD kan niets anders geantwoord worden dan: zij willen zélf weten wat het is; zij wantrouwen de voorlichting zoals die via de pers, sensationeel vervormd, doorkomt - zij geloven slechts in de éigen ervaring. lsd is niet verslavender dan sex, bergbeklimmen of parachutespringen; kicks kennen wij omdat wij zintuigen hebben; in de huidige revolutie van de geest is lsd een (opper)machtig wapen. Laten wij het met liefde en begrip gebruiken - het is de enige manier waarop wij kunnen tegengaan dat het als oorlogswapen toegepast zal worden.
(april 1968) |
|