Gestelsche liederen
(1949)–Simon Vestdijk– Auteursrecht onbekend
[pagina 104]
| |
Tiresias in de onderwereldaant.Anders dan zijn spokige metgezellen
Bleef hem de wond're gave toebedeeld
Te kunnen denken, spreken en voorspellen,
In alles 't slechts vervaagde evenbeeld
Van vroeger: soms volijv'rig en gestreeld
Door hun geloof; dan weer, om hen te kwellen,
In zwijgzaamheid gehuld, of te verveeld
Om 't oude nog eens over te vertellen.
Maar wàt voorspelt hij, in dat bleek gedrang
Van schimmen in die eeuw'ge duisternis?
Dat men na duizend jaren minder bang
En minder vaag zal zijn? Dat eens de dood,
De diep're dood, hier te verwachten is,
Die ook Tiresias in 't Niets verstoot?
|
|