Van het leven(1889)–Albert Verwey– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 48] [p. 48] 4. O lieven, die liefhebt en nu moet lijden, Omdat u and'ren niet zoo'n liefde geven; - Lieve geslaag'nen door het lieve Leven, - Ja, 't wréede Leven: 't is wreed: zóo doen lijden; - Klaagt, want 't is klaaglijk, dat van 't zoetst verblijden, Dien drank, u 't bitterst leed is nagebleven, En 's Levens handen, eensklaps opgeheven, U troffen, eér ge 't treffen kondt vermijden. Klaagt uit, klaagt mee, want 'k zal u helpen klagen! Heb 'k niet dóodstil elk menschlijk leed geleden?... Mijn klacht stemt altijd met uw klagen samen. Maar geeft al klagend 't Leven lieve namen, En denkt lief aan wie wreed, met vrome beden, Bij al hun doen des Levens wil bevragen. Vorige Volgende