Aarde(1896)–Albert Verwey– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 127] [p. 127] VII. Een donker woud - Een stille wel - Daarin geschouwd - Was ik dat wel? Mij wil niet laten Het vreemd vizioen. Een bleek gelaat en Een groen plantsoen. Van woud en hemel Lag het omloofd, Van oogen-wemel Doorblonken 't hoofd. Oogen, twee donkren Poelen gelijk - Wat glom dat flonkren - Waar nam 't de wijk? - [pagina 128] [p. 128] Wie voert mij weer Langs de oude straat? Ik bukte er neer Naar 't bleek gelaat. In 't donkre woud, In stille wel, Heb ik 't geschouwd - Was ik dat wel? Vorige Volgende