Gezangen der vrije-metzelaaren(1799)–Joos Verschuere Reynvaan– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 202] [p. 202] De vriendschap. Wijze: Ou courent ces peuples éparts. 1. Laat ieder in dit vrolijk uur, De vreugd' met gulle Vriendschap paaren, Zoo brand ons hart van edel vuur. Zij onderhoud dat op den duur. Dit doet ons zaamen blijd' vergaaren, En lacht ons toe van 't blaauw azuur. 't Is een geschenk van boven. (bis.) } bis. 'k Zal daarom ook altijd met dankbaarheid haar loven. } [pagina 203] [p. 203] 2. Gij achtb're Vriendschap, die den geest, Verrukt en ons doet vrolijk wezen, Wijl trouw uit u haar oorsprong heeft, Hier lieft u ieder om ter meest; Gij zijt uit elks gezicht te leezen, En eeren u bij telken Feest. 't Is een geschenk enz. 3. Hier gaat de Vriendschap hand aan hand, Met Trouw en Kunst en Deugd ten reije: Zij zet ons hart in fellen brand, En staat hierbij in 't vast verband. Laat men ons lastere en bestrije; Bij ons doch houd ze alleenig stand. 't Is een geschenk enz. 4. ô Vriendschap bij ons hoog bemind! Gij doet ons heden zaam vergaren, En maakt ons allen eensgezind; Gij doet ons vinden Vrind bij Vrind. Door Kunst en Vriendschap zaamtepaaren, Zijn wij Verlicht en niet meer blind. 't Is een geschenk enz. [pagina 204] [p. 204] 5. Wij willen dan uit 's herten grond, De lieve Vriendschap hoog waardeeren! Zij steund op 't Broederlijk verbond, Dat vast staat nu en 't allenstond: Wie zou niet ijv'rig haar begeeren? Looft haar met harp en fluit en mond! 't Is een geschenk enz. 6. Daar Trouw en Deugd te zaamengaan, En ieder heusheid wil betragten, Daar kweekt men waare Vriendschap aan. Dit is der Metzelaars bestaan. Dit moet men ook van haar verwagten, Heel anders als van een Profaan. 't Is een geschenk enz. 7. ô Welk een gloed en glansrijk Licht, Schiet van den Throon op ons haar' straalen! Zij leert een ieder zijnen pligt: Bij haaren glans wordt 't Werk verrigt. Wie kan naar waarde haar afmaalen? Nooit zag men zulk een schoon gezigt. 't Is een geschenk enz. [pagina 205] [p. 205] 8. Met Handgeklap, zoo als betaam', Wensch elk dat tot aan d' Hemeltranssen, Van Eeuw tot Eeuw, zijn groote naam, Gepaart met dierb're Vriendschap zaam, En luisterlijke Glorieglanssen, Voort rolle op wieken van de Faam. 't Is een geschenk enz. 9. Door 't Driemaal-drie der Metz'laarij, Ziet men de trouwe Vriendschap eeren. Kom Broeders staat mij allen bij! 't Kanon bruld van elk Batterij. 't Doet de ed'le Vriedschapsband vermeeren! Vivat! zij maakt ons frank en vrij. 't Is een geschenk enz. Vorige Volgende