Gezangen der vrije-metzelaaren

[p. 108]

Keerdicht. Op de wederkoomst van den venerable meester, wanneer denzelven uitlandig geweest zijnde, wedergekeert is bij de broederschaar.

Op de Wijze van het Air du Dèsertuur, of Oûblions j'us qu' à la trace.

Het Concert speelt de vier eerste regels vooraf.

Triumfeert en juicht nu heden!

ô, Mijn Broeders weest verheugd!

Nu verhoort zijn onze beden,

Stelt geen paal aan uwe vreugd.

Triumfeert en juicht nu heden! enz.

[p. 109]

Een stem.

 

Wij zien thans op nieuw herboren,

 

Dien gewenschte en blijde dag,

 

^* Dat den achtberen van Dooren,

 

Ons op nieuw bestuuren mag.

 

Afgeslooft van 't moeilijk leven,

 

Vind hij rust in ons verblijf:

 

Blijd' komt ieder 't hart Hem geeven,

 

En roemt hoog al zijn bedrijf.

Triumfeert en juicht nu heden! enz.

Wie zag ooit den Throon beklimmen,

Met meer luister, met meer glans?

Als de Zon aan de Oosterkimmen,

Praalt Hij aan de Glorietrans.

Altijd vriendlijk en bescheiden,

Stuurt Hij ons met Wijsbeleid:

Door Hem slijten we in verblijden,

Vrolijk onzen levenstijd.

* Dat de Eerwaarden als te vooren,

[p. 110]

Chorus.

 

Triumfeert en juicht nu heden! enz.

Wat geluk, mijn waarde Broeders!

Hij is tot ons weêrgekeert:

Nu ontbreekt ons geen Behoeders,

w' Hebben wat ons hart begeert.

Doet dan van onz' Tempelmuuren,

Bulderen het grof Kanon:

Eeuwig moet zijn' roem voortduuren!

Vivat! lang schein deeze zon!

Triumfeert en juicht nu heden! enz.

De Muzijk speelt een Finaal.