Een kans op muziek
Wat de Radio zou kunnen doen ten bate van de muziek, en wat de mensen met de grifste dankbaarheid zouden zien gebeuren, is duidelijk gebleken door de twee audities in concert-vorm van de opera La Forza del Destino (de Macht van het Noodlot) welke de Vara in 't begin van September had aangericht om de vijftigste verjaring te herdenken van Verdi's sterven. Beide keren is de grote zaal van het Gebouw tjokvol gelopen, hoewel de opvoering werd uitgezonden door Hilversum.
Het enthousiasme waarmee een menigte hoorders de muzikale onderneming van de Arbeiders-omroep beantwoordde, is des te merkwaardiger daar het gekozen stuk niet behoort tot de beste der ruim dertig werken die Verdi maakte in de tachtig jaren van zijn leven. De mensen weten dit sinds bijna een eeuw, en Verdi zelf wist het ook. Omdat in 1862 de St. Petersburgse première maar een matig succes behaalde, ofschoon de enscenering honderd duizend toenmalige guldens gekost had, zette hij zich in 1869 aan een revisie voor de Scala van Milaan, en wijl hij beroemd was maakte La Forza del Destino in haar tweede vorm een rondgang over de theaters van Europa. Maar nergens verwekte het werk gelijke graad van blijvend hernieuwbaar magnetisme als de Trovatore, de Traviata, Rigoletto, en nergens kon het zich handhaven.
De grondoorzaak van dat dubbele échec kwam gedurende de uitvoering van Vara open te liggen en bloot. De fout zit niet in de libretto, want het is honderden malen bewezen dat dezelfde tekst aan de ene componist een triomf bezorgt, aan de andere een fiasco. De fout zit altijd in de muziek. Het quantum effect ener opera, symphonie of sonate laat zich zeer gemakkelijk analyseren. Hier, in La Forza del Destino, was het soort van electriciteit welke ons lichaam opvangt uit de ruimte of produceert uit zichzelf (vermoedelijk beide tezamen, maar dit weten wij nog niet) en welke door een componist wordt omgezet tot klank, hier was die mysterieuze energie sporadisch met ongeveer voldoende intensiteit voorradig. De momenten echter waar een vonk kan springen, zijn te schaars en door te grote afstanden gescheiden. Wanneer een spanning zich ontladen heeft, duurt het te lang voordat de stroom zich genoeg versterkt om weer over te slaan. De herlading van zo'n electric body, gelijk Walt Whitman al zei, is een van de geheimzinnigste, schijnbaar willekeurigste operaties welke het menselijk organisme verricht. Maar ieder die bij La Forza del Destino was, heeft kunnen constateren dat de accu van Verdi te snel leeg liep, zich te traag vulde. Geen enkel décor kan zulk een defect verhelpen of verbergen. Men krijgt langzamerhand de impressie van een reis door een woestijn met enkele oases, die te ver uit elkaar liggen, en die een teleurstelling werden wijl het teveel moeite kostte om hen te bereiken.
Niettemin hebben duizenden geluisterd met de stilste aandacht en met een complete, goedhartige deelneming, ofschoon zij weinig van de tekst verstonden en de verscheidene episoden van een romantisch verhaal, vol catastrophen en ontsteltenis, nauwelijks konden begrijpen, noch volgen. Door niets ook werden dat begrip en beleven van een buitensporige tragedie vergemakkelijkt, want als de vertolking degelijk was en tamelijk accuraat, zij was daarom nog niet exact en tennaastebij goed. Het geheel speelde en zong op een onwerkelijk, academisch plan, alsof ieder schools zijn les opdreunde uit een boekje. Wie der hoorders, die de ‘korte inhoud’ niet las (of hem vergat, want hij is verbazend ingewikkeld) zou ooit vermoed hebben, dat er bij 't eerste bedrijf reeds een dode valt, en dat het tweede niet in een slaapkamer plaatsgrijpt, gelijk het voorgaande, maar in een Spaanse dorpsherberg van omstreeks 1750? De solisten waren niet slecht, en bijna boven de middelmaat, doch zo overdreven onpersoonlijk, dat men voortdurend last had om hen van elkaar te onderscheiden, en ten laatste niet meer wist wie van de zangers op het podium nog leefden, want in de loop der handeling sterven er vier. Alle recitatieven, wat er ook verteld werd over moord, verliefdheid of razernij, werden afgehakkeld op dezelfde lijzige, neutrale toon, alsof die dramatis personae zich in een kerk bevonden waar het rozenhoedje wordt opgezegd, of medewerkten aan een oratorium op een bijbels onderwerp dat van nature (hoe is 't mogelijk!) de uren verandert in verveling. Ook het Radio Philharmonisch Orkest en het Omroepkoor waren niet slecht, zelfs goed doorgaans; enkel maar erg zwaar op de hand, technisch waardeerbaar, doch bevreemdend nietszeggend, onbeweeglijk, alsof de zaak hun nauwlijks aanging. Het spreekt vanzelf dat iemand die de nodige affiniteit heeft met de primitieve, felle aard van Verdi, deze onbeduidendheden voor een belangrijk deel had kunnen omtoveren in levende,
pakkende klank. Zo iemand ontbrak. De dirigent stond vermeld onder de naam Argeo Quadri. Ik weet niet hoe en waarom hij hier kwam. Hij dirigeerde kapelmeesterig, overeenkomstig de som der indrukken welke ik beschreef: netjes, nauwkeurig, met de gebruikelijke Italiaanse nuances, doch zonder finesse, zonder een greintje inspiratie of fantasie. Als Verdi hem gehoord had zou hij hem waarschijnlijk aan de deur hebben gezet. Mocht de directie der Ned. Opera haar hoop vestigen op deze reeds uitgedoofde musicus, gelijk zij schijnt te wanen dat Vittorio Gui tijdens het Holland-Festival wonderen gedaan heeft in Gemaskerd Bal, dan zou nu een voorspelling passen die slechts ongunstig luiden kan.
Hier een kort intermezzo: Velen onzer hebben nog meegemaakt hoe Cavaliere de Hondt, met zijn prehistorische bakkebaarden, een Italiaanse troep samenraapte. Hij ging ze zelf zoeken. Hij had maling aan concert-agentschappen en hun cliënten. Zijn décor was summier en meestal rommel. Op de planken had hij zes of hoeveel vrouwen en mannen met onbekende namen; in de orkestbak dirigeerde een zekere kerel van wie nooit iemand gehoord had. Maar hij sloeg vuur uit zijn zangers, en binnen een week waren allen beroemd. Dit was het goede systeem. Is zo iets onmogelijk geworden in het hedendaagse Italië en op de rest der wereld? Bestaan er enkel nog maar vermoeide of bezadigde conformisten? De muziek-exploitanten willen ons dat doen geloven. Doch de uitingen van alle overige kunsten leveren op die voorstellingswijze een flagrant dementi, en 't zou zonderling zijn als enkel de muziek zieltogend was.
Ondanks deze verschillende ontgoochelende factoren echter, die het slotresultaat der uitvoering van La Forza del Destino verkleinden, moet ieder, wie de muziek ter harte gaat, wensen dat de Vara een juiste conclusie trekt uit de toeloop ener menigte, die door haar aandacht en dankbaarheid haar verlangens toonde en haar noden. Openbare muzikale manifestaties als deze, zelfs als zij niet helemaal lukken, mogen niet schaars blijven. Zij hoeven niet bepaald te worden door een toevallig jaartal van herdenking. Zij kunnen zich uitstrekken over het ganse gebied der muziek-geschiedenis, waar zoveel kostbare schoonheid vergeten ligt omdat de concert-praktijk verstarde in een bijna automatisch machinale wederkeer van befaamde nummers. Deze dikwijls perfecte doch haast onveranderlijke museum-cultuur zou de Vara kunnen verlevendigen. Als ik moest opnoemen wat er in de courante muziek-beoefening wordt veronachtzaamd, kwam er geen eind aan de lijst. Zoveel folianten van opera's, oratoria, cantaten, mooi gedrukt, veilig geborgen in boekenkasten, en elke maand proper afgestoft, - maar die nimmer klinken! Een voornaam koor als dat van het Amsterdamse Toonkunst heeft daar geen interesse voor, en trouwens ook geen dirigent. Onze orkesten hebben er geen tijd voor en geen geld, want ze moeten zwoegen, wegens de magerheid der subsidies, om de kop boven water te houden. De Radio heeft tijd en geld. Haar orkest reist niet naar alle hoeken van het land. Haar koor, prachtig genoeg om te menen dat het gerecruteerd is uit beroepszangers, blijft in verhouding tot zijn waarde en zijn mogelijkheden, te dikwijls ongebruikt. Ten minste in 't openbaar, in directe gemeenschap.
Als de Vara op dit terrein een leider had met genoeg kennis, genoeg inzicht, genoeg initiatief, genoeg gezag om dergelijke kansen te benuttigen, zou zij in weinig tijd Nederlands muzikaal prestige kunnen hernieuwen. Zij zou ontdekkingen doen. Zij zou onze hele muziek kunnen verjongen. Zij zou de basis, de reserves kunnen leveren voor een Festival, dat wegens zijn ongekende originaliteit nergens zijns gelijke vindt.