Alles is eeuwig en alles verandert
Gelijk in sommige spiegels van waarzeggers zo kan men de toekomst lezen in de twee boeken van samen 1133 pagina's, die Jacques Pirenne kort na de oorlog publiceerde, bij een Franse en Zwitserse uitgever tegelijk, onder de titel ‘De groote stroomingen der Algemeene Geschiedenis’, en die in een ommezien meermalen herdrukt werden. De auteur is de zoon van Henri Pirenne, de tweede uit het geslacht van lakenhandelaars te Verviers, dat eensklaps, na een voorbereiding welke eeuwen duurde, de beste historieschrijvers opleverde van deze tijd. Hij heeft nog sterker de vaderlijke gave om te kruipen als 't ware in de huid van een volk, en door te dringen tot de drijfkrachten der gebeurtenissen.
Misschien waren de orakels der Sibylle, welke de Romeinen gingen raadplegen in dagen van ontsteltenis, en die vernietigd werden in 389, op bevel van een fanaticus, even voordat Rome viel, niets anders dan zulk een toverspiegel, waar iemand zien kan hoe hij straks zal zijn. Het doet zó phantasmagorisch aan, dat men dikwijls moet oppassen om niet te duizelen. Alles wat is was reeds. Alles wat komen moet is al geweest.
Het begint vier duizend jaar vóór Christus, omdat wij niet verder kunnen terugzien, wijl geschreven documenten uit de honderden eeuwen die daarvoor vergleden, niet bestaan. Aan de delta van de Nijl, in het bekken van de Indus, bij de monding van Euphraat en Tigris cristalliseren zich verspreide mensengroepen tot organische Rijken. Elk heeft zijn eigen goden en zijn eigen cosmogonie. Doch elk volgt dezelfde bestemming in drie etappen. De eerste is feodaliteit, die wortelt in het land en altijd anti-liberaal, reactionnair blijft, ook wanneer zij revoluties maakt. De tweede is centralisatie tot een staat, die een uitweg heeft of zoekt naar de zee, wat het individualisme bevordert, de persoonlijke vrijheid, de democratie, zelfs onder het gezag van een Pharao. De derde is overwoekering van het individu op de gemeenschap (dictatuur), overdreven zucht tot gelijkheid, sociale wetten, langzamerhand ondraaglijk wordende fiscaliteit, geleide economie, verpletterende druk van de bureaucratie op het ganse maatschappelijk bestel en regering door een kleine klasse van bevoorrechte ambtenaren (oligarchie) die tyrannen worden in hun district, en alles terugvoeren naar de feodaliteit van de aanvang. Tijdens zijn duur van veertig eeuwen doorschreed Egypte driemaal deze cyclus. In China, dat veel later kwam, hoewel het voor stok-oud geldt, in Griekenland, in het Romeinse Rijk, in Perzië en elders, ontwikkelde de loop der dingen zich volgens eendere cadans.
Ik ken geen boeiender romans dan deze boeken, die op 't ogenblik gaan tot de Vrede van Munster en het verdrag van Westphalen. Om een idee te geven van alles wat was, alvorens wij, Europeanen, het nauwelijks durfden vermoeden, zou ik een hele pagina van deze krant kunnen vullen. De militaire dienstplicht, de absolute gelijkberechtigdheid der vrouw met de man, het Suez-kanaal, Kruistochten voor de democratie, oorlogsrecht, onteigende domeinen, heffingen op het kapitaal, model-steden, trust-vorming, het civiele huwelijk, protectionisme door middel van douaniers, inflatie, verdwijning in kelders en kluizen van goud en zilver, devaluatie der munt, gedwongen koers, autarchie, akkerbouw die niet meer rendeert, vrijlating van lijfeigenen, desertie der boeren van het land naar de stad, verbod om het dorp te verlaten, lage levensstandaard om te kunnen exporteren, nationalisering der bedrijven, staatsproductie en onderdrukking der particuliere industrie, vlucht van het geld, tyrannie van fiscus en bureaucratie, stakingen, ondersteuning van werklozen, en nog veel meer hebben Egypte, Babylonië, Rome, Griekenland, China en andere volkeren tientallen eeuwen vroeger geëxploiteerd en geëxperimenteerd dan wij, die automatisch om zo te zeggen ertoe gebracht worden.
Wist gij, dat de Babyloniër Kidinnoe van Sippar de duur van het jaar reeds berekend had op 365 dagen, 5 uren, 41 minuten, 16 seconden, met een vergissing slechts van 7 minuten, 16 seconden? En op een kleinigheid na de nauwkeurige omtrek van de aarde? Wist gij, dat overal op de geciviliseerde wereld volkomen vrijheid van gedachte heerste toen Jezus van Nazareth geboren werd, overal, behalve te Jeruzalem, en dat hij overal zijn leer vrijelijk had kunnen verkondigen, behalve juist daar? Is dat niet fantastisch?
Wist gij, dat bij het einde van het Romeinse Rijk de ganse bekende aarde terugviel naar de duisternis en de anarchie der feodaliteit, behalve in China? Overal woedde oorlog, brand en moord, uitgezonderd in het Chinese Rijk. Want alleen de grote Imperia zijn waarborgen van vrede. Zij hebben het te druk met zichzelf om aan vechten te denken. Welk een geruststelling, die ons aangemaand wordt door de historie! Op de dag van heden tellen wij twee Imperia: De U.S. en de S.U. Het ene is georiënteerd naar de zeeën. Het andere naar al de zwaarten van de grond. Zij zullen elkaar niet te lijf gaan. Als zij het toch doen staat de afloop historisch vast; de zee overwint regelmatig het land.
Meen echter niet, omdat steeds hetzelfde wederkeert, dat alles eeuwig is en niets verandert. Alle goden, die oppermachtig waren, verdwenen en hun tempels vielen in puin. Van duizenden slagvelden bleven niet eens de knekels. Maar uit deze altijd brandende smeltkroes distilleerde de mens zijn schat van morele waarden en gedachten, die immer toeneemt. De Assyriërs reeds beoefenden hun totale oorlog, evenals de Duitsers van gisteren. Maar de Assyriër beitelde zijn gruweldaden schaamteloos in granieten zuilen of bakte hen in tegels van klei. De Duitser daarentegen durft zijn afgrijselijkheden niet bekennen. Hij loochent zijn gaskamers en rokende mensenovens. Hij voelt zijn eigen wreedheid als een onduldbare schande voor zichzelf. Is dit niet een ongehoorde zegepraal, een ontzaglijke vooruitgang?
Wij bevrijdden ons pas uit de feodaliteit. Na zestien eeuwen theoretisch Christendom verscheen ‘Monsieur Vincent’ (die kortgeleden verfilmd werd door Maurice Cloche) en hij was de eerste na zestien honderd jaren evangelisering, die zich ontfermde en erbarmde over te vondeling gelegde kinderen en andere ongelukkigen.
Dat zijn slechts enkele der grandioze overwinningen, slechts enkele onzer vele veroverde morele schatten, die iedereen moet herdenken wanneer hij zich soms afvraagt: Waarom?