Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 1
(1906)–Lodewijk van Velthem– Auteursrecht onbekendHoe die paus sinde anden patriarke van Jherusalem, dat hi hem die heren ende dlant bescrive. iiij.185[regelnummer]
In coninc Willems eerste jaer,
So ward gesent al openbaer
Een boec van over zee bescreven,
Dat ward aldus utgegeven
Ende vortbracht in deser maniere,Ga naar margenoot+
190[regelnummer]
Alsic u tellen sal sciere.
Ga naar margenoot+ .I. paus, hiet Innocentius,Ga naar voetnoot191
Die [derde] van dere namen dus,
Hi begeerde te weten sereGa naar voetnoot193
Hoe menich soudaen, hoe menich hereGa naar margenoot+
| |
[pagina 19]
| |
195[regelnummer]
Die enich lant had beseten,
Ende die hem oec dorste vermeten
Strijd te houden jegen kerstenhede;
Ende hoe menige stat oec mede,
Ende oec borge ende casteleGa naar margenoot+
200[regelnummer]
Ele here hadde tsinen dele,
Ende waer dat eles goet was;
Hoe menige mile, hoe menigen pas,
Dat dene stat vander ander stoet;
Haer vastheit met ende haer goet,Ga naar margenoot+
205[regelnummer]
Ende hoe elc hiete, stede ende port:
Die ontboet hi vriendelijc vord
Toten patriarken van Jherusalem,
Dat hi des berichte hem
Na sijn beste oft hi conde.Ga naar margenoot+
210[regelnummer]
Om dese sake die patriarke begonde
Dit te besoeken al over zee,
Ga naar margenoot+ Van heren, van steden, min no mee.
Gelijc dats hem onse eertsee vader
Die paus hadde gebeden algader,Ga naar margenoot+
215[regelnummer]
So dede hijt besocken ende scriven,
Ende en liets niet achter bliven
Waer hijt gevreischen conste,
So dat hi een boec begonste
| |
[pagina 20]
| |
Hier af te maken, dat hi soudeGa naar margenoot+
220[regelnummer]
Den paus senden also houde
Alst gemaect waer, godweet.
Dus wast in desen tiden gereet,
Doen send hijt hem also saen.
Hier vore dedie u oec verstaen,Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot224-226
225[regelnummer]
In die vierde pertie ane dinde,
Hoe die paus daer omme sinde;
Maer niet en spreet hi meer daer af,Ga naar voetnoot227 en 230
Om dattie patriarke doe niene gaf
Dat boec ute na waerhede,Ga naar margenoot+
230[regelnummer]
Alse hi in dese pertie dede.
Sone wildict daer niet vorder dichten.
Daer om saliet u hier berichten
In corten worden, na die waerheide,
Gelije dattie boee seide.Ga naar margenoot+
235[regelnummer]
Ende irst werf hoe die heren heten
Die daer dlant hebben beseten.
|
|