Nº 10. – Het begin der reis.
Spoedig bevonden zich onze gelukzoekers in de uitgestrekte zee, waar zij om zich heen niets dan lucht en water zagen. Alexis gevoelde zich echter treurig te moede. Zijn hart beschuldigde hem van zeer kwalijk gehandeld te hebben, ook durfde hij geene goede uitkomst van de onderneming hopen; maar de nieuwigheid van hun verblijf, het kalme, aangename weder en de verschillende voorwerpen, die zij aan boord zagen, verdrongen de treurige gedachten, die hem bezielden. Zij waren thans in de gelegenheid om de ontvangene lessen aan de Kadettenschool in praktijk te brengen.
Het scheepsvolk, uit vier en dertig sterke en kloeke mannen bestaande, was een voorbeeld van onderdanigheid en gehoorzaamheid aan de bevelen van den kapitein; elk bevel werd met spoed en welwillendheid ten uitvoer gebracht, en in alles heerschte de beste orde en de grootste zindelijkheid. Van den anderen kant spaarde de kapitein niets, om met voorzigtigheid en beleid alles in de beste orde te houden. Hij was goed, maar streng voor de manschappen, behandelde hen met de strikste regtvaardigheid, en zorgde naauwkeurig voor het voedsel, en in het algemeen voor het behoud der gezondheid van allen. Hij eischte, dat elk naauwkeurig zijne pligten vervulde, van den hoogsten in rang af tot den