Frans Holster
(1871)–Hendrik de Veer– AuteursrechtvrijHendrik de Veer, Frans Holster. Nijgh & Van Ditmar, Rotterdam 1871
-
gebruikt exemplaar
exemplaar universiteitsbibliotheek Leiden, signatuur: 1838 D 29, 1838 D 30 en 1838 D 31
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Frans Holster in drie delen van Hendrik de Veer uit 1871.
redactionele ingrepen
deel 1, p. 1: de kop ‘Eerste deel’ is tussen vierkante haken toegevoegd.
deel 2, p. 1: de kop ‘Tweede deel’ is tussen vierkante haken toegevoegd.
deel 3, p. 1: de kop ‘Derde deel’ is tussen vierkante haken toegevoegd.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (deel 2: p. IV; deel 3: p. IV en 518) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[deel 1]
[pagina I]
FRANS HOLSTER.
door
H. DE VEER.
EERSTE DEEL.
Rotterdam,
NIJGH & VAN DITMAR.
1871.
[pagina II]
Boek- en Muziekdrukkerij van A. van der Veen Oomkens, te Wageningen.
[pagina III]
INHOUD.
Hoofdst. | Bladz. | |
I. | Een nommer voor een museum van antiquiteiten | 1 |
II. | Waarin meneer Melder tot de ontdekking komt, dat hij beter is dan hijzelf wist. | 19 |
III. | Over iemand, die op zijn vijftigste jaar nog practisch werd. | 34 |
IV. | Wien Jacob West onderweg ontmoette en waardoor er van zijn bezoek bij Jansen niets kwam. | 50 |
V. | De geschiktheid van jufvrouw Rol, om kinderen optevoeden, wordt behoorlijk erkend. | 66 |
VI. | Waarin wij nog meer recht laten wedervaren aan den opvoedkundigen tact van jufvrouw Rol. | 78 |
VII. | Waarom 't met de opvoeding van Frans niet zóó goed vlotte, als jufvrouw Rol wel verwacht had. | 91 |
VIII. | Eenige neuswijzigheden van een litterator en nog wat. | 102 |
IX. | Waarin gehandeld wordt over familiezaken. | 127 |
X. | Er wordt een school voor Frans gezocht. | 142 |
XI. | Jacob West vindt eene school voor zijne jonge vrinden. | 159 |
XII. | Waarin de schrijver de indrukken van het tot nog toe verhaalde samenvat en de geschiedenis een paar stappen verder brengt. | 175 |
XIII. | Jacob West raakt leelijk in de klem. | 195 |
XIV. | Nieuwe kennissen en vrienden, die zich onzen held aantrekken. | 208 |
[pagina IV]
Hoofdst. | Bladz. | |
XV. | Tante Gonne. | 225 |
XVI. | Jansen verheelt zich een stap nader aan zijn doel te komen. | 242 |
XVII. | Meneer Melder krijgt 't waarlijk weer te kwaad met zijn hart. | 260 |
XVIII. | Waarin nog meer menschen aangename indrukken ontvangen. | 281 |
XIX. | Oude en nieuwe kennissen. | 299 |
XX. | Tante Gonne's patronaat. | 319 |
XXI. | Triple alliantie. | 340 |
XXII. | 't Loopt met Sam verkeerd. | 361 |
XXIII. | Een oude en een jonge zondaar. | 383 |
XXIV. | Waarin wij tot eene verkwikking den lezer weer in beter gezelschap brengen. | 421 |
[deel 2]
[pagina I]
FRANS HOLSTER.
door
H. DE VEER.
TWEEDE DEEL.
Rotterdam,
NIJGH & VAN DITMAR.
1871.
[pagina II]
Boek- en Muziekdrukkerij van A. van der Veen Oomkens, te Wageningen.
[pagina III]
INHOUD.
Hoofdst. | Blz. | |
XXV. | voor 't eert op reis. | 1 |
XXVI. | IJdelheid der ijdelheden. | 30 |
XXVII. | Antoine Teskel ontdekt een goudmijn. | 64 |
XXVIII. | Grootvader Eggink krijgt nog meer last van Frits. | 87 |
XXIX. | Over kleine en groote politiek. | 111 |
XXX. | De eerste wintervergadering van het departement Eerloo-Ganderkerk. | 135 |
XXXI. | Loon naar werk. | 159 |
XXXII. | In kleinen kring. | 187 |
XXXIII. | Over een oud onderwerp en oude kennissen. | 217 |
XXXIV. | Nog weer over oude kennissen. | 242 |
XXXV. | Voorbereidingen voor de scheiding. | 262 |
XXXVI. | Hef vertrek. | 280 |
[deel 3]
[pagina I]
FRANS HOLSTER.
door
H. DE VEER.
DERDE DEEL.
Rotterdam,
NIJGH & VAN DITMAR.
1871.
[pagina II]
Boek- en Muziekdrukkerij van A. van der Veen Oomkens, te Wageningen.
[pagina III]
INHOUD.
Hoofdst. | Bladz. | |
XXXVII. | Leelijke berichten. | 1 |
XXXVIII. | Een dag met hoofdpijn. | 20 |
XXXIX. | Een Zondag buiten. | 66 |
XL. | Het onweer zet op. | 100 |
XLL. | Over stoomsnelheid en zeeziekte. | 137 |
XLII. | Er komen weer oude herinneringen boven. | 188 |
XLIII. | Nieuwe aandoeningen. | 223 |
XLIV. | De winter komt. | 268 |
XLV. | Weder in de groote stad. | 303 |
XLVI. | Frans bemerkt dat hij nog heel wat te leeren heeft. | 350 |
XLVII. | Een sombere winter en een guur voorjaar. | 397 |
XLVIII. | Gewogen. | 442 |
LXIX. | Het begin van een nieuw leven voor onzen held en het einde van dezen roman. | 477 |