Christelyke gezangen
(1669)–Hendrik Uilenbroek– Auteursrechtvrij
[pagina 154]
| |
Toon Psalm 130.O Vader van de lichten!
Leert ons uw woordt verstaan;
Dat kan de zielen stichten,
Ook die noch dwaalen gaan
Tot u doen wederkeeren,
Van zonden tot de deugd.
Dit kan de slechte leeren,
’t Geefft waare Troost en Vreugd.
2. Uw woordt is enkel waarheyt!
’t Is zuiver en volmaakt.
’t Geefft ’t in de ziele klaarheyt,
Geen honig zoeter smaakt.
’t Is voedzel voor de Schapen;
’t Is op den weg een Staff.
‘t Is ons een zwaerd en wapen,
En ’t keert de vyandt aff.
3. Geefft doch uw Geest van boven!
Verdrijfft de duisternis,
Werrkt en versterkt ’t Geloove
Aan uw Getuigenis.
Dat hy aan ons betuige,
Wat in ‘t verborgen leydt;
En onze herten buigen,
Tot ’s woords gehoorzaamheyt!
4. Schrijfft Heer uw Wet van binnen!
| |
[pagina 155]
| |
En heyligt ons gemoedt;
Bewaart ons hert en zinnen;
Beteugelt vlees en bloedt.
De Zatan, wil ontrukken
Uw woordt in ons geplant:
De werelt, wil ‘t verdrukken.
Wat isser tegenstandt?
5. Noyt valle uwe Reden;
Op een versteende grondt.
Noch weg daar ’t wordt vertreden,
Off daarmen Doornen vondt.
Die ’t goede zaadt verstikken,
Ach maakt ns ’t hert bereydt!
Verbreekt der Zonden strikken.
En geefft zoo vruchtbaarheyt!
6. Dan zal uw waarheyt bloeyen!
Als gy den wasdom geefft;
En alle deugden groeyen.
Waar door men heylig leefft,
Tot uwen Loff en Eere.
Dan schijnt des wijsheyts licht,
D’een’, zal den and’ren Leeren,
Den Rechten weg en plicht.
|
|