Christelyke gezangen
(1669)–Hendrik Uilenbroek– AuteursrechtvrijToon: Hoe schoon licht ons de Morgen-ster.Ryst op mijn ziel! gy hebt nu stof,
Om uit te zingen ’s Heeren lof,
En zijne groote daden,
Als gy laagt in uw zonden doodt,
Van alle heil, en hulp ontbloot,
Met straffen zwaar beladen!
Maakt hy, u vry
Van de zonden, die u wonden, die u knagen,
Iezus moest de lasten dragen!
| |
[pagina 56]
| |
2. O lieve trouwe Middelaar!
Hoe viel u dezen last zoo zwaar?
Hoe veele moest gy lijden?
Op dat mijn doodt gewonde ziel,
Niet eeuwig in den Afgrond viel,
Hoe vreeslijk moest gy strijden?
O Lam! dat quam
Om te sterven, voor de erven, van het leven,
Iezus moest zich overgeven!
3. Gy hebt ô Heilandt sterke Helt!
Doodt, Duivel, Hel, ter neer gevelt,
Gy hebtze gans vertreden,
Ten derden dage op gestaan,
Voor onze schuldt genoeg gedaan.
Godt is met ons te vreden.
O Borg! wiens zorg,
Ons doet rusten, en verlusten, zonder vreze,
Iezus is nu weer verrezen!
4. Wat zon rees op den Evenaar?
Zijn stralen zijn te wonder klaar,
Ach mocht die op my schijnen!
Op dat mijn blinde ziel-gezicht,
Door deze klaarheit zy verlicht,
Dat duisterheit verdwijne,
Ach daalt! bestraalt!
’t Hert van binnen, en de zinnen, die zoo zweven,
Iezus is mijn licht en leven!
5. O Iezus! doodt door uwe kracht!
In my der zonden groote macht,
Op dat ik met u leve,
Delft al mijn zonden in u graf,
En breekt het Rijk der boosheit af,
| |
[pagina 57]
| |
Ik zal my aan u geven,
Wekt dan, trekt dan
Onze herten, die met smerten, naar u haken,
Iezus moet het al volmaaken!
6. O groote Heer! der heerlijkheit,
Mijns levens kracht mijn zaligheit,
Gy hebt de aerd verlaten,
Gy voert ten Hemel in u rust,
Daar is mijn schat, mijns herten lust,
En vreugde boven maaten,
Ik zucht, ik vlucht
Met mijn krachten, en gedachten, naa die ruste,
Iezus zal mijn ziel verlusten!
|
|