Nieuwe Verhandeling van de Venus-Ziekten
(1700)–Gervais Ucay– AuteursrechtvrijIn welke, na dat men getoont heeft, dat de gewoone wyze van genesen, zeer gevaarlyk, twyffelagtig en swaar is; een andere veel gemakkelyker en veel zekerder wert voorgestelt
[pagina 104]
| |||||||||
XI. Hoofd-stuk. Van een koude pis, en vuile zaad-loop.OM dese zoort van pokken met nauwkeurigheid te verhandelen, dient men juist daar een gansch boek van te schryven; onderwylen zoo bemoeyen zig daar allerlei zoorten van menschen mede; daar zynder die vast stellen, dat men die gemakkelyk met gesuikerd water geneest, en andere met een enkele Koninlyke gerste-drank, die men dagelyks tot de genesinge toe gebruikt: andere houden het met het sal polychrestum of crystallum minerale: onderwylen een yder streelt zig een deftige en gemakkelyke wyse te hebben, om dese quale te genesen. Dewelke dan onderwylen hier haar werk van maken, en sulx by geluk doen, zyn gedwongen te bekennen, dat zoo ’er een druipert is, welke ze gemakkelyk genezen hebben, dat ’er ook nog een groot getal andere zyn, die vry swaar te genezen zyn; en men heeft ’er ook wel veel eer van de pokken genezen, dan van zommige druipers, daarom moet men in het begin niet versuimen toegeeigende middelen te geven. Ik hebbe noit goede boeken gesien, welke over dese stoffe gehandelt hebben, die niet eenige regulen toonen, welke men om wel te genezen, moet waar nemen; derhalven sal ik daar in ’t bysonder niet van melden, ik hope niet te min eenige bysondere aanmerkingen over dit onderwerp te maken, ’t gene ik willens in dese | |||||||||
[pagina 105]
| |||||||||
druk moeste gedaan hebben, wanneer de saken in staat waren geweest, om die aan de waereld voor te dragen. En alsoo dese verhandelinge in dat stuk niet t’eenemaal gebrekkig mogt wesen, zoo geef ik uw een manier, die men in alle gemeene gelegentheden mag werkstellig maken. Ik sal niet herhalen, ’t gene ik ontrent de bespiegeling der bysondere Pokken gesegt heb, namelyk in het vierde Hoofd-stuk: wat al is ’t dat ik niet verre hebbe uitgebreid, soo zal men egter daar vinden ’t gene seer noodsakelyk zal wesen om te kennen, en de wyse hoe die is voortgebragt. Voor-eerst, zoo wanneer ymand seer hitsig is en bloed-ryk, en de pyn met de brandende pis vry veel, so moet men niet schreumen een ader te laten, en die nogmaals te hervatten, ja zoo dikwyls als men noodig zal agten; men moet het laten op den arm doen, om een ware te rug-trekking Ga naar margenoott te maken, en niet op de voet, om dat die meer na het deel toetrekt. Men is somtyds wegens het ader-laten seer bekommert, en voornamelyk op den arm, alsoo men gedagten heeft, dat hier door meer het fenyn tot in het bloed soude getrokken werden, waar door de Venus-pokken konden ontstaan; maar die zyn verdwaalt, alsoo men siet, dat de reden met de ervarentheid wel over een komen, den omloop des bloeds doet klaarlyk sien, dat by aldien het aderlaten gevaarlyk was, dat die op | |||||||||
[pagina 106]
| |||||||||
de voet niet minder quaad soude syn, als die op den arm. d’ Ervarentheid leerd ons vorders, dat het ader-laten op den arm de genesinge der Pokken zoodanig helpt, dat het een middel is, de Pokken t’ontgaan. Ga naar margenootv Want die verfrist, en versagt d’ontstekinge, en hier door werd het voortgaan ofte voortloopen des Pokkigen gist belet, en maakt de bloed-vaten vry en onverhindert, en hier door werken de buik suiverende en pis-dryvende middelen des te beter. Ik wil egter niet voorwenden dat men in alle zoorten van ziekten moet ader-laten, maar alleenig in die, alwaar verhittingen zyn, overvloed van bloed Ga naar margenootw en volsappigheid is. Ik wil onderwylen niet, dat men dit quaadaardige fenyn niet versuime, en dat men geensins vergete een toegeeigend middel te geven, ’t welk de Mercurius dulcis is, het welke tot dese quaal seer dienstig en nut is, wanneer men het met een bequaam buik suiverend middel ingeeft, als met de pulpa cassiae fistulae, het catholicum, of Confectio Hamech, herdoende dit somwylen, na vereis van saken. Dese genesinge geduurt onderwylen kort, of is vry langsaam in sommige gelegentheden, na dat den druipert gespannen staat, het welke gebeurt, wanneer de ontstekinge zeer groot is, en de lyder zeer groote pyne uitstaat, welke trekkingen aan de zenuwen de schaft verwekken, | |||||||||
[pagina 107]
| |||||||||
Ga naar margenootx welke opgeblasen zynde, sig na haar beginsel toe trekken, waar door de roede gekromt en gebogen werd: men sal dan bevinden dat eene gifte van de praecipitatum solare, op zyne tyd gegeven, een middel is, sonder wederga. Onderwylen moet gy besorgen dat uw zieke verfrist werde, en dat zelfs van ’t begin af, en in agt nemen, dat zoo in ’t begin door buik-suiveringen verhit, zoo sult gy het quaad hert-nekkig maken, en daar benevens de toevallen vermeerderen, of gy zult de stoffe op de teel-ballen doen vallen: de melk-dranken, ofte emulsien, zyn een der beste middelen, die men kan aanwenden om te verfrissen; of men kan, zoo men begeert, wel een gersten-drank stellen, by voorbeeld van ongebolsterde gerst Ga naar margenooty
Dit werd gekookt in een behoorlyke menigte waters; hier van gebruikt men dagelyks zoo veel als de maag verdragen kan. Wanneer de toevallen nu hebben opgehouden, | |||||||||
[pagina 108]
| |||||||||
en het fenyn door de Mercurius dulcis behoorlyk is verstomt geworden, dat de stoffe zoo niet meerder vloeje, en vry wit is geworden; by aldien men oordeelt, dat’er een sweer is in die deelen, welke de sit-plaats van een druipert zyn, zoo moet men onder de Gersten-drank een weinig sal polychrestum mengen, of Crystallum minerale, of dat nog beter is, het vaste zout van sal Armoniak, het welke een sagt en kragtig pis-middel is, om de swering te suiveren, waar na men om te doen heelen, eenigen ogtenden na malkanderen in wat Wyn zal geven, twaalf of vyftien droppels van een mengsel dat over gehaalt is, van twee deelen Balsem van peru, en een deel fyne geest van Terpentyn. Of men sal dese bereidinge van spies-glas ofte Antimonie gebruiken ’t welk een goed middel is, om de sweer te doen droogen, waar door al sagjes en onbemerkbaar het uit loopen die ’er stoffe ophoud, werd het overige fenyn uitgedreven, wanneer men, namelyk, door de voorgaande middelen, daar geen meester van kan werden.
Mengt dese beide stoffe, seer nauw-keurig onder malkanderen op een Marmer-steen, doet dit mengsel dan in een aarde schotel en op een wind-oven geset zynde, zoo calcineert, geduurig met een ysere spatel omroerende, tot dat alle de rook vervlogen is; doet dan dese stoffe in een smelt-kroes die een brede bodem heeft, en calcineert ofte verkalkt dit twee uuren lang in een sterkvuur; zoo vind gy een poeder zoo wit als snee, | |||||||||
[pagina 109]
| |||||||||
welke vry wat meerder deugden heeft dan de gemeene Antimonium Diaphoreticum, gelyk als uw d’ervarentheid wel sal leeren: hier van geeft men een halve dragme met wat conserf van rosen, of wel met eenig andere conserf, syroop of vogt, dat men begeert. Men behoeft geen inspeutsels te gebruiken, wanneer men die kan voorby-gaan, evenwel is men somtyds genoodsaakt, die in ’t werk te stellen, en om een bequame te hebben, daar geen gevaar in steekt, zoo gebruikt men het volgende
kookt dit te samen tot op de helft, dan giet men het kooksel door een doek, en men perst het uit, hier mede speut men dry of vier reisen des daags. Alle dese middelen nu werden te vergeefs gebruikt, zoo de lyder geen goede levens regel aanwend; hy moet sig mede van al te grooten oeffening onthouden, voornamelyk van zoodanigen welke de nieren konnen vermoejen, gelyk als veel gaan, te Paard ryden, enz. Men moet mede geen Wyn drinken, geen spys met Speceryen, ’t Venus-spel, waken en zoo voorts myden. |
|