Samle fersen (= Verzamelde gedichten)(1981)–Pieter Jelles Troelstra– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 355] [p. 355] aant. Liefde geeft leven Aan de schone, flinke, bevallige dames der in de wetenschappen zeer doorknede stad Groningen Half sluimerend uit de slaap des doods in deze dreven Verplaatst, was 'k loom en nors, en wou niet langer leven. Daar kwam gevleugeld Cypris' zoon, Met schalkse lachjes op de koon. Hij sprak: ‘Kunt gij, mijn vriend, u niet de dood ontwinden? Ga mee, ras zal u d' aard met duizend koorden binden.’ Ik wandelde aan Cupido's zij, En o, hoe goed bevalt het mij! Van kusziek gulden mond mocht dartle scherts ik horen, En zag Mins zoetste zoet in 't wangfluweel verloren. O mij, hoe wordt mij 't hart zo zwaar? Zo was 't ook voor tweehonderd jaar! Ik leef opnieuw, niets kan, geen spot zelfs, mij bedwingen, 'k Wil hier, in Liefdes stad, de lof der liefde zingen. O levenwekkend vuur, wie weert U, die zelfs d' ouderdom verteert? In oprechte toegenegenheid jegens alle schone, bevallige dames is dit geschreven door Gijsbert Jacobs Recht en Slecht Vorige Volgende