Tuiltje van geurige dichtbloemen op Franschen bodem geplukt(1803)–Hendrik Tollens– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Liefde en wellust. Waartoe u van 't geleî der tedre liefde ontslagen? Waartoe, ô wellust! te onbedacht Uw schoone zuster trotsch veracht, En u den steun ontrukt, die hulpzaam u bleef schragen? Helaas! uw kracht is kort van duur, Maar onuitputlyk háár vermogen! Als gy de ziel ooit treft houd zy die opgetogen, En als ge een vonk gelykt is zy een brandend vuur. Zy kan uw' flaauwen gloed met nieuwe kracht doen blaken, En bied een stille rust, ná 't bruisschen der vermaken. du belloy. Vorige Volgende