Tuiltje van geurige dichtbloemen op Franschen bodem geplukt(1803)–Hendrik Tollens– Auteursrechtvrij Vorige Volgende De wynrank en de olmboom. Een wynrank, aan haar stut' onttogen, Hing kwynende en ter neêr gebogen, Verlaten, hulploos, en alleen. Een olmboom vlecht haar om zich heen. ‘'k Poog,’ zegt de brave boom, ‘daar 'k zélf geen vrucht mag dragen, Voor 't minst een vruchtbre plant te schragen.’ Vorige Volgende