Gezamenlijke dichtwerken. Deel 10-12(1856-1857)–Hendrik Tollens– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 66] [p. 66] Ik zou niet weten waarom. De Grieken volgen? 'k zou 't mij schamen! Ik laat aan elk zijn eigen keus, Maar volg geen mensch. De Grieken kwamen Toch ook ter wereld met niet meer dan éénen neus. Wat gaat mij hun verfijning aan? Mij leert natuur de snaren slaan! Haar halfgesmoorde zucht, Een kreet, die van haar lippen vlugt, Een traan, een enkle snik-alleen Dringt dieper door in merg en been, Dan kunst met al haar vonden 't kan: Wie twijflen, vragen 't Ossian. Naar claudius. Vorige Volgende