Gezamenlijke dichtwerken. Deel 10-12(1856-1857)–Hendrik Tollens– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 47] [p. 47] Neem u in acht! Neem u in acht! Het wentlend rad gaat dag en nacht; De vloed komt op en de eb keert weder; Wat gistren stond ligt morgen neder: De schok treft dikwijls onverwacht... Neem u in acht! De voorspoed lacht; De liefde spreidt uw sponde zacht; De vriendschap is uw staf door 't leven... Daar loeit de orkaan! uw wanden beven; De staf is brozer dan gij dacht... Neem u in acht! [pagina 48] [p. 48] Gij streeft en tracht Naar lauwren bij het nageslacht: Uw lof wordt schaatrend rondgeklonken... De wangunst loert, de nijd blaast vonken; Zijn adem is met gif bevracht... Neem u in acht! Met klem en kracht Weerstaat ge de ondeugd en haar magt; Uw hart is rein en vrij van smetten... Verzoeking waakt; zij spint haar netten; De wolf schuilt in een lammrenvacht... Neem u in acht! Neem u in acht: Fortuin zwenkt om met schat en pracht; De loftrompet houdt op te steken; De dierstbezworen banden breken; De voeten glibbren onverwacht: Neem u in acht! Op muziek gezet. Vorige Volgende