Briefwisseling oor Kaapse sake 1778-1792
(1982)–Hendrik Swellengrebel jr.– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 139]
| |
XIX Swellengrebel aan J. Deutz
| |
[pagina 140]
| |
was, dat men er geen berging voor hadt, en daarom ook gecontracteert heeft, dat de tarw voor Europa door de Compagnie voor een vierde minder in prijsGa naar voetnoot8. sou aangenomen worden, dan hetgeen voor hare consumtie in de colonie self of voor de eischen van Indie werd ingeslagen. Daarenboven worden die producten van graan en wijn alleen geteeld tot op een bepaalde distantie van de Hoofdplaats, voor soo verre sij de wagen vragt kunnen goed maken. Daar nu soo een ver traject als naar Europa altijd een grote hinderpaal moet sijn om op sulke grove producten een genoegsame winst te hebben, vooral voor de Compagnie, die hare schepen soo kostbaar uitrust, sou het in Uw project niet weinig faciliteeren, dat de reis naar Surinamen vrij korter is, en dat de schepen die er meer mogten nodig sijn om het graan en de wijn aan te voeren dan om vandaar in retour weder soo veel koffij, suiker ens, als aan de Kaap nodig was, te nemen. daar en boven van Suriname naar Europa een nieuwe vragt konde innemen, en van hier weder te rug varen met de benodigdheden voor de Kaap. Maar de groote swarigheid sou hier te lande sitten, dewijl men altijd soo bekommerd is voor een verboden handel in O.I. waren ten prejudiceGa naar voetnoot9. der Compagnie, die men niet wel met effect sal kunnen tegen gaan soo lang men de Dienaren noch op de oude gagien laat en hen dus self aanwijst, dat sij het op de emolumenten moeten vinden, want wie gaat er uit sijn vaderland om elders een bekrompen bestaan te hebben? geen wonder dan dat er op de Compagnies schepen meer goederenGa naar voetnoot10. dan die der Compagnie worden overgevoert en ontscheept! dit obstakel sou dan moeten uit den weg geruimt worden, dat mij niet ondoenelijk toeschijnt, in geval men den Dienaren in eens een goed tractement gaf sonder emolumenten; dan vleye ik mij dat men noch wel Luiden van een bekende probiteit soude kunnen vinden. Ingeval de Societeit en de compagnie het met elkaâr eens konden worden, sou er, naar mijn oordeel, wel mogelijkheid sijn, dat tot het transport der producten direct over en weder of over hier Compagnie's schepen gebruikt werden, mits sij die schepen op sijn koopmans uitrusten, opdat de vragtpenningen op sulke grove waren de onkosten souden kunnen vergoeden; ja mogelijk sou de Compagnie, vermits de reis vice versa der beide colonien niet seer lang kan sijn, middel konnen vinden om hare schepen tusschen beide noch in hare colonie self te emploieren, en dus in | |
[pagina 141]
| |
hare uitrusting veel te gemoed komen; want in de districten bij de Hooftplaats is groot gebrek aan hout en overvloed van wijn, daar men in der verder af gelegene considerabele bosschen langs de zeekust heeft, en geen wijn kan drinken dan dien men per as bij een geringe quantiteit 20, 30 en meer dagen rijsens transporteert.Ga naar voetnoot11. Sou de Compagnie dit sonder nadeel kunnen doen, dan sou het, begrijpt UWelEdgestr. ligt, particulieren des te facielder vallen, wanneer sodanig een vaart werdt open geset. in dit geval sou de compagnie desnoods de schepelingen op die schepen in haren eed kunnen nemen, om se des te beter te kunnen straffen, wanneer sij de handen tot een verboden handel leenden. Hoe seer ik overtuigt ben van de genereuse denkenswijze van den Heer Gouverneur en andere Dienaren aan de Caab, sou ik egter niet durven verwagten dat sodanig een plan de goedkeuring van daar sou medebrengen. in geval met de commercie in de producten, al werd het transport in Compagnies schepen gedaan, direct aan de colonisten overliet, gelijk wel sou behoren te geschieden, sal er op deselve voor henGa naar voetnoot12. een genoegsame winst overschieten, vermits zij anders een groot rabat moeten lijden, soo ze door een tweede en wel soo kostbare hand gelijk die der Compagnie moeten gaan. Want behalve de Hoofd administrateur, die tweede in het Gouvernement is, de dispencier, Pakhuismeester. Keldermeester proflueren voor vele dienaren hunne emolumenten uit de negocie, die de Compagnie, hoe duur een Colonist ook al hetgeen hij nodig heeft aan haar moet betalen, soo men op het eind der rekening hare winst met alle onkosten van Dienaren, slaven, Pakhuisen, ens. balancieert, zeer waarschijnlijk met wijnig voordeel, soo geen schade drijft. Het sou nu wat al te veel gevergt sijn, een plan te moeten gouteren, hetgeen merkelijk prejudiciabel aan hunneGa naar voetnoot13. inkomsten sou kunnen sijn, in geval de colonisten alle het nodige uit Europa direct kregen. Hier souden dan schikkingen bij moeten gevoegd worden, waar bij de Compagnies Dienaren soo al niet eenige voordelen te minsten hunne schaden vergoed kregen, sal men kunnen verwagten dat een overgesonden plan goedgekeurd werdt. Of de Heren van 't Bewind souden het hier self moeten beoordelen; hetgeen mij voorkomt niet ondoenelijk te sijn, aangemerkt de Compagnie sulke omstandige en accurate rekeningen van alle hare etablissementen krijgt, en dus genoeg kan opmaken, dat er doorgaans aan | |
[pagina 142]
| |
de Caab aangesien het getal der colonisten meer producten moeten geteelt, als er gedebiteert kunnen worden, en noch oneindig meer souden kunnen geteelt worden, wanneer soo een groote uitgestrektheid van land langs de Oostelijke zeekust gelegen behoorlijk wierd gecultiveerd. daar men alhier sekerlijk het best kan beoordelen in hoeverre soo een communicatie tusschen de beide colonien niet of al gevaarlijk voor de compagnie sou sijn, en welke praecautien des noods tegen een verboden handel souden moeten beraamd worden. Het grootste voordeel sou het sekerlijk voor de Caabsche colonie geven, ingeval aan de colonisten overgelaten wierd om met eige schepen onder behoorlijke praecautien tegen het drijven van eenige negocie in Ooste-Indische waren ten nadele der Compagnie die mijns bedunkens niet onmogelijk sijn om uitgevonden worden, dien handel in producten heen en weder te doen, des noods met een vragt van Suriname herwaards te komen en van hier met allerlei benodigdheden weder naar de Kaap te varen.Ga naar voetnoot14. Minder voordeel sou er voor hen opsitten, indien de Compagnie de producten in hare schepen overvoerde, omdat sij kostbaarder vaart dan particulieren en dus ook swaarder vragtpenningen moet hebben, en dat sij aan de colonisten den handel onder het betalen van sekere vragtpenningen en recognitie overliet. De minste, wanneer de Compagnie dien handel voor het geheel voor hare rekening deed; maar ook dan sou het altijd een meerder vertier geven, dus voordeel aan de colonie geven, hoeseer anders in dit laatste geval de Compagnie, even gelijk in hare overige negocie aldaar, geen andere winst, dan voor sommige harer Bediendens, soude hebben, daar sij den bur eren een meerder winst sou benemen. Ik verheuge mij reeds in soo een plan, waar door soo veele colonisten, die voor aan in de colonie geen plaats kunnende vinden, sich over het gebergte hebben begeven, alwaar sij door de onmogelijkheid van transport te land, het vrugtbaarste Land, meest aan zee gelegen, ongecultiveert laten liggen, en sich aan een luie herdersleven overgeven, uit hetwelke niet dan een totale verbastering van zeden voortspruit en noch erger te wagten is, een eerlijk bestaan soude kunnen vinden en weder tot geciviliseerde menschen gemaakt worden; en hopen dat, al doen er sich al eenige swarigheden op, UWelEdgestr. en andere ware vrienden van 't menschdom dese hunne speculatien niet ongepoursiveertGa naar voetnoot15. sullen laten. Ik moet dit des te meer hopen, omdat ik bij mij selven overreed ben, dat, soo de Compagnie | |
[pagina 143]
| |
geen sorge draagt voor het nodige vertier der aan de Caab vallende producten, sij die colonie nooit tot een bestendige rust sal krijgen, gelijk ik het gebrek daar aan reeds voor de voornaamste source van alle die onlusten, die er in heerschen, beschouwe. Men mag de luiden voor oproermakers uitkrijten, maar ik weet niet, dat men ze bespeurd ter plaatse daar de onderdanen wel geregeerd worden en men zich toelegt tot bevordering van hun geluk. Hier over was noch al wat te philosoferen, dan ik sal 't liever hier bij laten om UWelEdgestr. te betuigen, dat ik steeds met ware hoogachting ben
Uit dese korte schets met de bijgevoegde opgaveGa naar voetnoot16. sal Uw. genoeg kunnen opmaken, dat, schoon de colonist in vorige tijden, wanneer hij op een bequamen afstand der Hoofdplaats gelegen sijne producten regulier naar genoegen konde te gelde maken, in den landbouw een voordelig bestaan heeft mogen vinden, sulks nu veeltijds, daar hij sijne met moeyelijker transport en meer onkosten aangevoerde producten voor een geringe prijs moet verkopen, seer beswaarlijk is.Ga naar voetnoot17. |
|