Sorella(1942)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 110] [p. 110] De rabbi De Rabbi weende. Langs zijn rimpelgroeven De tranen stroomden tot zijn blanken baard. Zijn jongren laakten: - ‘Zonde is 't u bedroeven, Nu Jahwé Sabbath wederzond op aard. Verblijd met ons u! Al wat wij behoeven Schonk Jahwé ons, aanzie de zomergaard!’ Stil bleef de Rabbi 't zilt der tranen proeven, Tot één verweet: - ‘Zijn wij geen antwoord waard?’ Toen sprak de Rabbi: ‘Eischt de Wet verblijden, Mij rest, herdenkend héél mijn levenslijden, Geen andre vreugd dan eenzaam weenen meer. Verheugt uw jeugd, doch laat mijn smart met vrede.’ Verwonderd, leidde één jonger de andren mede. De Rabbi weende - En vroom zeeg de avond neer. Vorige Volgende