Sorella(1942)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 94] [p. 94] Een moeder Vóór 't huisje stond de moeder, grijs en oud, Doch blonk in starren blik en bleek gelaat De vrede niet van wie dra sterven gaat - Leeg bleef de weg, die golfde langs het woud. Zij prevelde angstig: - ‘Eer het is te laat Zal ik tot háár gaan.’ Toen, van stof omgrauwd, Naderde een meisje, in 't zwart, als één die rouwt Om zielverschroeiende onverzoende haat. Doch toen de moeder de armen opensloeg, In heilig zwijgen, 't wanklend zwijgend kind, Zoolang vervreemd, den drempel over droeg, Ik zag hoe sterk en trouw een moeder mint Haar kind verloren voor haar liefde blind En 't meisje weende - En dit was troost genoeg. Vorige Volgende