Sorella(1942)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 73] [p. 73] Een geschenk In 't vreemde huis, waar zij haar leed verschool, Is 't eenig lieve 't jongste aanhalig Blondje, In woud en wei haar volgend als een hondje, Om haar versmadend luide kinderjool. Een plaatje zwaaiend, Blondje rent van school. Van verre al juicht haar zingend habbelmondje: - ‘Wat moois! voor u! ik vond.’ - ‘Voor mij? Wat vond je?’ En 't is de wreede filmster, zijn idool, Haar noodlot, donkre dochter van demonen, Voor wie hij haar, zijn trouwe vrouw, verliet. Zij wendt zich af, geen tranen wil zij toonen, Neemt van de fruitschaal, waar haar 't kind niet ziet, Een blozende appel, voor 't geschenk te loonen - En Blondje, al dansend, galmt een vroolijk lied. Vorige Volgende