Sorella(1942)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 71] [p. 71] Grijze droomer De ranke grijsaard rept zich door de lanen, Met groote schreden naar den horizon. De Koning wacht hem, ginds waar daalt de zon, In 't gouden slot, omwaaid van purpren vanen. Zijn oogen, turend naar de stralenbron, Zijn vroom en blauw en blinkend van zijn wanen Dat hij, de held, aleer de zon ging tanen, Alleen, den boozen vijand overwon. Novemberwind licht op zijn witte lokken, Zweept hem 't gelaat met bruine bladervlokken. Blij schrijdt hij voort, hij voelt geen killen wind. Voor d' in het dorp besteden simplen droomer, Als in Gods Hemel, blijft het eeuwig zomer. De onnoozele oude is weer een zalig kind. Vorige Volgende