Nieuwe verzen(1920)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 106] [p. 106] XXXII Octoberavond kleurt met rozerood Het kille blank van nymphen en godinnen. En 't is of Venus weder blij wou minnen En lachende Amor dartel pijlen schoot, De vijver-Triton roerde reuzevinnen, Daphne de omarming van Apollo vlood, Diana boog-spande en haar honden floot - De beelden leven met verjongde zinnen. Op 't gladgeschoren blauwend grasfluweel Dalen de blaadren, bruin en ros en geel, Als tranen traag, van half ontloofde boomen. 'k Liep door die lanen, meisje aan Vaders hand. En 't oude park nu lijkt me een tooverland, Waar de avond wekt de beelden van mijn droomen. Vorige Volgende