Bleeke luchten(1909)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 5] [p. 5] III. Wat zal ik met mijn verlangen doen? Wat zal ik met mijn verlangen doen, Nu de wind heeft de wolken verdreven En de merels al juichen om 't heerlijk seizoen? - In licht herleven? Wat zal ik met mijn verlangen doen, Nu al knoppen de lenteboomen En de struiken omsluiert belofte van groen? - Mij dronken droomen? [pagina 6] [p. 6] Wat zal ik met mijn verlangen doen, Nu narcissen en tulpen al gloeien En jacinthen al vlammen in zonnezoen? - Er blij van bloeien? Wat zal ik met mijn verlangen doen, Wen, bedwelmd door de blauwe seringen, De nachtegaal klaagt in het Mei-plantsoen? - Er zoet van zingen? Wat zal ik met mijn verlangen doen, Nu voor eeuwig mijn lente is verdwenen En erinnering fluistert van ach! en toen? - Er wild om weenen? Wat zal ik met mijn verlangen doen, In die weelde van lente-gebeuren? - Verheffen ten hemel mijn aanschijn koen Of treurig neuren? [pagina 7] [p. 7] Wat zal ik met mijn verlangen doen, Dat, bleek, in de bloeiing wil zwerven? - Ver van den lachenden lentenoen, Er stil mee sterven? Vorige Volgende