Ephemeri vita of afbeeldingh van 's menschen leven
(1675)–Jan Swammerdam– AuteursrechtvrijI. Afbeeldingh.HEt dunne of seer teere Velleken ende Hemdeken van het Haft, nu afgeleght sijnde. Dit vliesken afgetrocken sijnde, en blijft nooit in die gestalte als het hier verbeelt is; want de deelen daar de Vleugelen in opgeslooten sijn geweest, die krimpen gemeenelijck in malkanderen, waar doorse een andere gedaante, ende stant komen aan te neemen. | |
II. Afbeeldingh.Het Manneken van het Haft, nu tweemaal vervelt sijnde ende de gestalte van een vliegendt dierken aangenoomen hebbende. De beenen die kortachtigh in de wurm waaren, die sijn nu door het vervellen ende uytrecken ontrent tweemaal langer geworden: dat besonderlijck ontrent de staarten te sien is; welckers langhte, door een verdubbelde uytreckingh, nu driemaal grooter is, terwijl dat het beesken vlieght, als te voo- | |
[pagina 420]
| |
ren, wanneer als het Swom, ende de natte ende de koude stroomen bewoonde. | |
Besluyt.HIer mede sal ick de uytleggingen van de seer seltsaame en de kortstondige vertooningen van het Haft of Oever-aas eyndigen; welckers ellenden ende schielijcke veranderingen die maar een dagh duuren, volmaacktelijck onse natuurelijcke ende geestelijcke ellenden vertoonen: het welck ick wensche dat yder een die dit sal leesen, wel mocht ter herten neemen. En daar by noch vastelijck gelooven, dat al wat ick hier door een swackke pen beschreeven, ende uytgeteeckent hebbe, niet als de schaduw ende het aldergeringhste deelken der wijsheydt ende heerelijckheydt is, die den Alderoppersten Maacker in dit dierken beslooten heeft. Het welck soo wy wel over weegen, soo sullen wy lichtelijck, de Macht, de Wijsheyt, de Goedtheydt ende de eeuwige Geduursaamheydt des Scheppers ondecken; te gelijck met ons onverstant, onmacht ende korte geduursaamheydt; die soo een geringh beesken, ick en segh niet maacken, maar selfs niet ondersoecken noch beschrijven kunnen. Waarom wy dan alle wijsheyt, hulp ende troost by Godt alleen moeten soecken; want den mensch hoe vast hy staat is enckel ydelheydt.
Eynde van de wonderbaarelijcke vertooninge van het Haft. |
|