Het hart naar boven. Religieuze poëzie uit de zeventiende eeuw
(1999)–Ton van Strien, Els Stronks– Auteursrechtelijk beschermdDe bekeerde moorderaant.Die langs het aardryk zworf om op wat buit te passen
Wiens flukse wakkerheid de reizenden verriedt,
Heeft hier, dus vast geknelt, de volheid zelf bespiedt,
En komt het Hemelryk tot roofgoet te verrassen.
5[regelnummer]
Die diep in eenzaamheid de hand wies in de plassen
Van een verdoemend bloet, wort hier, daar 't yder ziet,
In 't zaligende bloed, dat Jesus vast vergiet,
Aan hand, aan lyf, aan ziel, van bloetschult afgewassen.
Hy, in zyn Moorderschap aan schaduwen verplicht,
10[regelnummer]
Word in 't geloof bedaagt van een genadelicht,
Terwyl zyn quynend oog 't natuurlyk licht gaat derven.
De Kruisnacht, door het recht den Booswicht aangezeit,
Word den Boetvaerdigen een dag van zaligheit
Die dood was toen hy leefde, ô! leeft hier in zyn sterven.
|
|