Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend2210. Struisvogelpolitiek (of -tactiek),een politiek, waarbij men willens en wetens blind is voor bestaande bezwaren en moeilijkheden; doet alsof de gevaren niet bestaan door er de oogen voor te sluiten. Men beweert dat de uitdr. is ontleend aan het geloof dat struisvogels, wanneer ze vervolgd worden, den kop in het zand steken, in de meening dat anderen hen dan niet zienGa naar voetnoot2). Vgl. De Arbeid, 9 Januari 1915, p. 2 k. 4: De voornaamste eisch is dat wij nooit den kop in het zand steken om blind te zijn voor de werkelijkheid en ons door geen frases er van te laten afhouden om alle verschijnselen te bespreken; Handelsblad, 25 Febr. 1915 (ochtendbl.), p. 1 k. 4: Menschen die zich zoo ziek-weeïg afkeerig van den (oorlogs)toestand voelen, dat zij de bekende struisvogeltactiek navolgen; ze vertoonen zich niet buitens huis, houden deuren en vensters gesloten, slapen zooveel mogelijk; Gron. 261: Hoe méér 'n meisje van 't leven weet, hoe béter 't voor d'r is, je hoort alles te weten; ik vin die struisvogelpolitiek gewoon belachelik; Nw. School, VII, 114: Is dat fatsoenlijk, zoo'n | |
[pagina 334]
| |
doodzwijgerij. Dood is mogelijk wat kras uitgedrukt. Maar struisvogel-negeerderij is het toch zeker; Het Volk, 13 Juli 1914, p. 6 k. 1: Maar laten de vrijzinnigen hun kop maar in het zand steken. Van die struisvogeltaktiek zullen zij de kwade gevolgen spoedig genoeg ervaren; vgl. fr. une politique d'autruche; hd. ein Strauszenpolitik; eng. an ostrich policy. |
|