2024. Zich buiten schot houden,
waarvoor in de Middeleeuwen: hem uten scote houden (Froissart I, 324) gezegd wordt; 16de eeuw: zich buiten schoots of scheuts houden, naast buiten schoots blijven; vgl. Sartorius I, 4, 44: Extra telorum jactum, buyten schoots, pro eo quod est in toto, extraque periculum; 45: intra telorum jactum, binnen schoots, hoc est, intra periculum; ghy zijdt nu al binnen schoots, quoties emptor precium venditori offert non rejiciendum, aut qui paciscendo conditionem offert commodam satis et minime contemnendam; Winschooten, 235: Wij kreegen de vijand binnen schoots: dit beteekend ook oneigendlijk, in de klem, in het naauw: buiten schoots blijven: oneigendlijk, sig in geen gevaar begeeven; sig niet laaten inwikkelen in een saak, daar gevaar in steekt; evenzoo Hooft, Ned. Hist. 725 (zich buiten scheuts houden); Brederoo, III, 528, vs. 8 (buiten schoots zijn); Tuinman I, 283; bij Halma, 565: Zig buiten scheuts of buiten schoots houden, se tenir à l'écart; ik zal mij wel buiten scheuts houden, je n'ai garde de m'exposer, je n'ai garde de m'intriguer dans une affaire perilleuse; Sewel, 709: Buiten schoots blyven, to keep one's self out of danger. Het schijnt dat eerst in de 19de eeuw ‘buiten schot blijven’ voorkomt; vgl. Harreb. II, 259; Ndl. Wdb. III, 1849; XIV, 541; Nkr. VI, 1 Juni p. 2: De heeren, die de dubbeltjes hebben, die deelen nu eenmaal de lakens uit. Die zullen wel zorgen, dat ze buiten schot blijven; Jord. II, 72: Zou hij zwijgen.... ontmaskeren.... en zichzelf buiten schot houden? Oostfri. hê hold sük bûten de schöt.