Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend1985. De schellen (of schillen) vallen hem van de oogen.Deze uitdr. is ontleend aan den Bijbel, en wel aan Hand. IX, 18: ‘Terstont vielen af van sijne oogen gelijck als schellen, ende hy wiert terstont wederom siende’, d.i. hij (Saulus) had een gevoel alsof er een vlies van zijne oogen afviel, wat in werkelijkheid natuurlijk niet kan | |
[pagina 232]
| |
gebeuren. Met verwaarloozing van de woorden gelijck als gebruikt men bovengenoemde zegswijze in den zin van: de verblinding houdt op: iemand ziet thans duidelijk in, wat hij te voren niet begreep; Zeeman 399. Vandaar ook: iemand de schellen van de oogen (af)lichten, iemand iets doen inzien; zie Interest, 255; Huygens, Hofw. vs. 620 en vgl. Gew. Weeuw. I, 41; Brederoo, I, 105: Nadien my de vliesen van die verwaantheyt zyn afgedaan.... hebbe ick (dan te laat) bevroet, dat ick in myn vernuft met blinde streecken schermutselde; Van Effen, Spect. VI, 199: Iemand de vliezen van de oogen lichten; Vondel II, 569: Gods suy'vre vinger treckt de schubben van uw oogen; Pers, 6 a: Soo dat hier door veeler donckere vliesen van de oogen begosten af te vallen. Zie het Ndl. Wdb. X, 2256; XIV, 374 en Sewel, 33. In 't fri.: de skillen falle him fen 'e eagen; in het Bredaasch: iemand de oogen schellen, d.i. de schellen van de oogen lichten (Hoeufft, 516); Twente: de döppe valt hem van de oagen. Vgl. fr. les écailles lui sont tombées des yeux; hd. es fällt ihm wie Schuppen von den Augen; die Schuppen sind ihm von den Augen gefallen; eng. the scales are fallen from his eyes; fri. de skillen falle him fen de eagenGa naar voetnoot1). |
|