Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend1735. Zoo oud als de weg van Rome (of Kralingen),d.w.z. zeer oud. In de 16de en 17de eeuw zeide men zoo oud als de weg, dat we lezen bij Sartorius II, 9, 16: Soo oudt als de wegh, de re nimium prisca et obsoleta. Ook bij Van Effen, Spect. X, 136 wordt de uitdr. in dezen vorm aangetroffen, evenals bij Tuinman I, 316 met de verklaring: ‘Gebouwen worden puinhoopen door den tyd, andere dingen vergaan, maar de weg blyft liggen, schoon zy lang betreden is van wandelaars, die voorby zyn. Dit is dan een uitdrukking van eene groote oudheid’. | |
[pagina 123]
| |
Later schijnt dus van Rome, Kralingen (dit reeds in de 17de eeuwGa naar voetnoot1)), van Jacatra (in het Amsterdamsch dial.) of in Limburg naar Aken, naar Keulen (Jongeneel, 87; Breuls, 94: Zoe aaid wie de weeg van Aoke, wie de Maosbruk), hieraan toegevoegd te zijn, voor welke meening pleit het Zuidnederl. straatoud, zoo oud als de straat, de oude heirweg (Joos, 26). Ook in Friesland: sa âld as de wei (fen Romen of Jeruzelim); Afrik. so oud as die wapad, as die Kaapse pad (Boshoff, 335); fr. vieux comme les chemins, les rues; comme le pont de Rouen; eng. as old as the hills; nd. so alt wie der bremer Wald. Zie voor allerlei synonieme zegswijzen Wander I, 52; V, 734 vlgg. |
|