1430. Loon naar werken,
d.i. loon overeenkomstig het verrichte werk, gewoonlijk fig. Vgl. De Brune, 4: Is het leelick, is het schoon, zulck een werck heeft zulcken loon; Winschooten, 348: In sulke waaters vangt men sulke vissen; dat is, men krijgt loon naa werken; Adagio, 33: Hy cryght loon naer wercken, factis correspondet merces; Halma, 324: Loon naar werken of naar verdiensten ontvangen, recevoir la récompense de ses mérites, ou la salaire de ses actions; Harreb. II, 36; Ndl. Wdb. VIII, 2792.