1157. Iemand kisten,
een sportuitdrukking in den zin van totaal, met groote meerderheid overwinnen, geheel verslaan, slachten. Vgl. Handelsblad, 17 Febr. 1918 (O) p. 6 k. 6: Welaan dan Blauw-Witters, ferm er op. ‘Laat je niet kisten’, heet het in de voetbaltaal. Heel Amsterdam ziet uit naar een overwinning der stadion-bewoners! De Amsterdammer, 15 April 1922, p. 2: De socialisten die waren van plan om heet uit de pan de heele regeering te kisten. Syn. is inmaken en inzouten. Vgl. Handelsblad, 10 Januari 1920 (O) p. 6 k. 4: De Arnhemmer (biljartspeler) leek zeer ingespeeld en maakte den indruk of hij Wiemers nu maar ineens ‘in zou maken’; 14 Febr. 1915 (O) p. 10 k. 5: Het wil er bij ons nog maar niet in, dat Quick ‘wel ingemaakt’ zou worden, zooals de voetbalterm luidt; 10 Dec. 1916 (O) p. 7 k. 3: Hercules speelt tegen D.F.C. Ja, na de jongste nederlaag tegen Haarlem zou men geneigd zijn te denken, dat, nu D.F.C. dáár komt, het wel een ‘inmaakpartij’ moet worden; Propria Cures, 26 Jan. 1918, p. 118: Mocht de veteraan Salomonson al z'n gewone vorm niet te pakken hebben, onze ploeg deed z'n best en wist achtereenvolgens Delft en de Adelborsten in te zouten.