864. Hebben is hebben,
gewoonlijk met een achtervoegsel, als (maar) krijgen is de kunst, in welken vorm de zegswijze sedert de 17de eeuw voorkomt, blijkens Winschooten, 249: hebben is hebben, aanraaken is kunst; Smetius, 190: hebben is hebben, verkrijgen is konst; Tuinman I, 126 en Halma, 209: Hebben is hebben, maar krijgen is de kunst, laag spreekw. quand on a du bien on ne s'informe pas d'où il vient, le tout est d'en savoir acquérir; Sewel, 321. Dat het laatste gedeelte ook werd weggelaten, bewijst Coster, 334 vs. 908; Lichte Wigger, 16 r: Hebben is hebben, speulen sy (bankroetiers), t' is heur eveliens hoe ser comen an. Vgl. Campen, 11: Ick beholde dat ick hebbe, het cryghen is misselick; het fri.: habben is habben en krijen is kinst; Schuerm. Bijv. 115 b; Rutten, 88 b; Teirl. II, 20; Claes, 105; Joos, 145; Jongeneel, 90; Ten Doornk. Koolm. II, 52 a; Ndl. Wdb. VI, 184; Harreb. I, 457 b; Eckart, 178: häw'n is wiss, krei'en is mis; häuwen is gewis, krigen is mis (Jahrb. XXXVIII, 160); 179: hebben is hebben mar krîegen is en Kunst (Wander II, 234); eng. have is have (bij Shakespeare; Prick, 44).