Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend
[pagina 311]
| |
verstond men eertijds onder de hand lichten, minder vragen dan de marktprijs is (fr. lâcher la main), en onder (de hand) weten te zwaren en te lichten (fri. lichte en swierje), den prijs zijner waren naar gelang der omstandigheden weten op of af te slaan; fig. weten te geven en te nemen, te heffen en te leggen, te snijden en te binden, zooals men vroeger zeide (Bank. II, 311); vandaar de hand lichten met iets, het met iets niet te streng nemen, er zich met een Franschen slag afmaken. Zie Ndl. Wdb. V, 1790Ga naar voetnoot1); VIII, 1968; Molema, 243 a: hij ken nijt lichten en zwaren; oostfri. man mut to lichten un to swaren wêten. |
|