Het lust-hof der zielen, beplant met verscheiden soorten van geestelijke gezangen
(1681)–Claes Stapel– AuteursrechtvrijZang: Zuiver Maagd Agniet.1. IEsus zoet // Mijn Bruidegom valjant!
Mijn gemoed // Mijn hert, mijn ziel door-brand:
Ik ben van uwer minnen krank:
Troost my, O Heer! en bei niet lang.
Dat vuur brand zeer,
Gods liefde nog veel meer. Ik ben, &c.
2. 't Vuur brand zeer // Gods liefde nog veel meer;
Nogtans Heer! // Wil ik mijn lichaam te'er
| |
[pagina 264]
| |
Veel liever branden in het vuur,
Dan van U scheiden maar een uur.
Dat vuur brand zeer,
Gods liefde nog veel meer. Veel liever, &c.
3. Trek naa dy // Mijn ziel, die U bemind:
Maak my bly // Ik ben uw Bruid, uw kind.
Geef my de deugd, die by ontbreekt;
Mijn hert in liefde meer ontsteekt.
Dat vuur brand zeer,
Gods liefde nog veel meer. Geef my, &c.
4. Maak my nu // Van creaturen bloot,
Dat ik U // Mag dienen tot der dood.
Uw wille laat mijn wille zijn,
Uw graci stort al-tijd in mijn.
Dat vuur brand zeer,
Gods liefde nog veel meer. Uw wille, &c.
5. Heer! geeft my // Een liefde al-zoo groot,
Dat nog pijn // Nog honger, nog de dood,
Nog vuur, nog sweerd, nog teegen-spoed
My van uw liefde scheden doet.
Dat vuur brand zeer,
Gods liefde nog veel meer. Nog vuur, &c.
6. Ik peinz, Heer! wel duizend-maal om dy.
Og! wanneer // Zult Gy my maaken bly?
Kom Heer! kom Heer! en ei niet meer!
Mijn hert verlangd naa U zoo zeer.
Dat vuur brand zeer,
Gods liefde nog veel meer. Kom Heer, &c.
7. Geld en goed // En ook mijn vaader-land,
Vlees en bloed // En al dat is pleizant
Verlaat ik om uw liefde, Heer!
Want ik mijn hert tot U gants keer.
Dat vuur brand zeer,
Gods liefde nog veel meer. Verlaat is, &c.
| |
[pagina 265]
| |
8. Bruidegom fijn // O Prince excellent!
Schenk tog mijn // Uw liefd' tot een present.
't Geloof en hoop moet eens vergaan,
Maar liefde die blijft eeuwig staan.
Dat vuur brand zeer,
Gods liefde nog veel meer. 't Geloof en, &c.
Joh. Taul. |
|