Nederlandsche gedichten uit de veertiende eeuw van Jan van Boendale, Hein van Aken e.a.(1869)–F.A. Snellaert– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Van .VIII. Sibillen. C. XVIII. 1520[regelnummer] MI quam een out boec in de hant / Daer ic in ghescreven vant Van .VIII. Sibillen datmen leest / Die hier voermaels hebben gheweest. Sibillen dat waren vrouwen 1525[regelnummer] Die inden gheest consten scouwen / En̄ voersegghen en̄ voersien Dinghen die namaels souden gescien. Van desen was / alsic las aldus / Dochter van Troyen Priamus; 1530[regelnummer] Haer moeder hiet Ecuba / Die scone was / alsic versta. Dese dochter hiet wel wale Tyburizina in Griesche tale. Dese vrouwe was wijs ter core / 1535[regelnummer] En̄ voer al Asya dore Van lande te lande telker stede / En̄ predicte daer grote wijshede / En̄ leerde hoe die liede souden Hem wel en̄ wettelijc houden. 1540[regelnummer] In Affrike quam si daer naer / [pagina 340] [p. 340] En̄ predicte oec mede aldaer / En̄ in Etyopen oec also / En̄ in Egypten oec daer toe / En̄ oec int grote Babylone. 1545[regelnummer] Dese vrouwe was harde scone / En̄ so gratiose in hare woerde Datse al tfolc gherne hoerde / En̄ so lieflijc in haer wesen Datment cume mochte lesen / 1550[regelnummer] En̄ propheteerde vele den lieden Dinghen die namaels ghescieden / En̄ noch gheschien hier en̄ daer / En̄ noch gheschien selen hier naer. Int leste quam die mare 1555[regelnummer] Te Rome in die stat van hare / En̄ die Romeynen dadent te hant Den coninc Ianuus becant Vander vrouwen wijsheyt groet / So dat hi die brouwe ontboet 1560[regelnummer] En̄ ontfincse met groter eren. Doen begonste die vrouwe leren / En̄ predicte so subtile woerde Dat hi des ghelijx noyt en hoerde: So bequame waren haer woert. 1565[regelnummer] Nu hoert hier groet wonder voert. Vorige Volgende