De Afscheiding van 1834. Deel 4. Provincie Utrecht
(1980)–C. Smits– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 161]
| |
Hoofdstuk 12
| |
[pagina 162]
| |
allen leden van de Orthodoksche Christelijke gereformeerde gemeente van Leersum, provincie Utrecht; Inzake de ondertekening: zondag 10 juli 1836 zijn te Elst (Rhenen) aanwezig - uit Amerongen afkomstig - Hendrik van Viegen, Hendrik Versteeg en Cs. Blankestijn.Ga naar voetnoot4 Twee van deze drie personen zullen wel dezelfden zijn als enigen der ondertekenaars. Wat het request verder betreft, moet het worden gequalificeerd als een slag in de lucht. De grondslag der gemeente wordt zeer vaag aangeduid en zoals het stuk daar ligt kan geen andere conclusie worden getrokken dan dat de ‘gemeente’ acht zielen omvat. Het is niet verwonderlijk, dat de regering het verzoekschrift afwijst ‘omdat | |
[pagina 163]
| |
de gemeente bij de Regering niet bekend is, en uit aanmerking der behoefte aan beperking der Staatsuitgaven, zelfs niet in aanmerking zou kunnen komen, al waren zij eene toegelatene gemeente.’Ga naar voetnoot5
Wat het meest de aandacht trekt in het request, is echter de naam van (ds.) Laurens van Wijk. Over deze oefenaar/predikant is nog steeds weinig klaarheid. De notulen van de classis Gorinchem van de Afgescheiden kerken (1843) zeggen van hem, dat hij is ‘geördend’ door ds. L.G.C. Ledeboer. Hij zal niet worden toegelaten tot de prediking in de Afgescheiden gemeenten ‘als zijnde op een onwettige eigenwillige wijze daartoe bevorderd, tegen alle ordonnantiën der kerk’. Omstreeks 1843 treedt hij eveneens op in de Bommelerwaard, onder meer te Gameren en Poederoyen.Ga naar voetnoot6
In een poging enige duidelijkheid ten aanzien van hem te verkrijgen, vermelden wij dat volgens onze nasporingen te Wijk, gelegen in het Land van Heusden, deze Laurens van Wijk zou zijn geboren op 22 maart 1803 als zoon van Cornelis Joris van Wijk en Maayke van Bergeijk. Op 31 december 1836 huwt hij te Wijk Agnesia (Neeske) van Andel; zijn beroep is dan metselaar. Het huwelijk wordt op 1 (?) januari 1837 kerkelijk bevestigd. Vermoedelijk heeft hij slechts kort - of in het geheel niet - te Leersum gewoond. In het gemeentelijk archief is niets aangaande hem te vinden. Ook de ‘Orthodoksche Christelijke gereformeerde gemeente’ te Leersum verdwijnt uit de annalen.Ga naar voetnoot7 Zij zal wel via één of meer conventikels zijn uitgemond in de thans aldaar bestaande Oud Gereformeerde gemeente. Aangaande Laurens van Wijk is nog bekend dat hij samen met ds. Ledeboer in 1844 een ‘Biddagbrief’ ondertekent.Ga naar voetnoot8 Dan, in de notulen van de ‘Algemene Vergadering’ van de Ledeboeriaanse gemeenten te Bruinisse gehouden 5 en 6 oktober 1853, komt onder artikel 7 het volgende vrij duistere gegeven voor:Ga naar voetnoot9 Een brief ingekomen van Domeni L. van Wijk van Ommeren en van H.C. Blauw, zich noemende Domeni en toelichters betrekkelijk vereeniging met de belijdenis hoewel niet onderwerpelijk maar voor- | |
[pagina 164]
| |
werpelijk waaromtrent besloten is niet te antwoorden dog dat de ouderling J. van OortGa naar voetnoot10 aan L. van Wijk zoude schrijven dat het voorgenomen onderzoek van zijne handeling tegen zijn persoon is bevonden. Hieruit blijkt dat Laurens van Wijk, als hij al is geordend door ds. Ledeboer, in 1853 toch met hem had gebroken.
Laurens van Wijk - hoewel een min of meer zwervend leven leidend - woont tot, althans begin 1860, te Wijk en Aalburg. Hij is dan weduwnaar; zijn eerste vrouw Agnesia van Andel overleed reeds in 1844. Op 4 mei 1860 treedt hij te Nijmegen voor de tweede maal in het huwelijk en wel met Aleijda Maria van Olst, wonende te Nijmegen, geboren in het naburige Andelst 22 november 1805. Als beroep van de bruidegom wordt opgegeven ‘predikant’. Vermoedelijk is de 54-jarige bruid enigszins bemiddeld geweest. Het echtpaar woont enige jaren in de Hertogsteeg; zij houden daar een dienstbode. Laurens van Wijk staat in de bevolkingsboekhouding van Nijmegen vermeld als ‘Christelijk Afgescheiden’; zijn vrouw en de dienstbode zijn Nederlands Hervormd.Ga naar voetnoot11
Als een dochter van Laurens van Wijk gaat trouwen te WijkGa naar voetnoot12 - 3 december 1864 - geeft de vader bij notariële acte toestemming. Het stuk is gedateerd 22 november 1864, de notaris woont te Amerongen, als beroep en woonplaats van Van Wijk staat vermeld ‘Predikant bij de Christelijke Gereformeerde gemeente, wonende te Nijmegen’. Hij overlijdt - wonende te Nijmegen - te Rhenen 9 december 1864.Ga naar voetnoot13 Ook in de overlijdensacte vinden we ‘Predikant bij de Christelijk Afgescheidenen’. Merkwaardig is, dat één van de aangevers van het overlijden te Rhenen is Jacob van Wijk, oud 39 jaar, metselaar, neef van de overledene, wonende te Wijk en Aalburg; de andere aangever is F.H. van Daalen, oud 44 jaar, tabaksplanter, wonende te Rhenen. De aanwezigheid van eerstgenoemde zou kunnen betekenen dat Laurens van Wijk te Rhenen enige dagen is ziek geweest; laatstgenoemde zal hebben behoord tot het geslacht dat wij ook in het hoofdstuk over Rhenen onder de Afgescheidenen aldaar vonden.
Tenslotte, in het weekblad De Bazuin van 23 december 1864 vinden we de volgende advertentie. Op het onverwachtst werd onze geliefde vader Louwerens van Wijk, | |
[pagina 165]
| |
dienaar des Goddelijken Woords, in den nacht van 9 december door den dood van ons en allen die hem van nabij gekend hebben, in den ouderdom van ruim 61 jaren weggenomen. Het trekt de aandacht dat de (tweede) vrouw van de overledene in deze advertentie niet wordt genoemd.
De gegevens genoemd in dit hoofdstuk inzake Laurens van Wijk, rechtvaardigen de conclusie dat hij in het tijdvak 1843 tot 1864 als predikant is opgetreden. Moge hij dan niet ‘geördend’ zijn door ds. L.G.C. Ledeboer (of door een ander), hij heeft zich wel gedragen als predikant en zich ook als zodanig uitgegeven. Voor zover we weten is dit laatste gebeurd - behalve in de Bommelerwaard - in de Betuwe en in het zuidoostelijke deel van de provincie Utrecht: Ommeren, Leersum, Rhenen, alsmede vermoedelijk in enige andere plaatsen waar zich kleine groepen Afgescheidenen bevonden.Ga naar voetnoot14 |
|