Hoofdstuk 16
Oud-Beijerland
Volgens Van der Aa telt in het jaar 1840 de oude ambachtsheerlijkheid Oud-Beijerland 3400 inwoners, van wie er 3200 Hervormd zijn; ook zijn er Rooms-Katholieken, zodat er te Oud-Beijerland zelfs een ‘statie’ is; verder wonen er enige Israëlieten.
De Afgescheiden gemeente te Oud-Beijerland, die slechts kort heeft bestaan, is één van de oudste uit de Hoeksche Waard. Immers reeds in 1836 zendt zij een request aan de Koning, waarvan wij inhoud en ondertekenaars (10 in getal met 24 kinderen) reeds noemden in hoofdstuk 2, blz. 24 en 25.
Uit het commentaar van de burgemeester op het request blijkt, dat Sander Bison kleermaker is en Arie de Jong bouwman. De acht overige ondertekenaars zijn arbeiders.
In hoofdstuk 3, blz. 38 bleek ons, dat ds. H.P. Scholte op 31 juli 1838 zowel te Oud-Beijerland als in het naburige Goidschalxoord heeft gepreekt.
Tenslotte: in hoofdstuk 5, blz. 69 vermeldden wij reeds, dat de eerste kerkeraadsleden van Oud-Beijerland zijn geweest: Sander Bison, Maarten van Dijk, ouderlingen; Arie de Jong, diaken.
Al spoedig wordt de kleine gemeente verscheurd door onderlinge twisten. Na 1839 horen wij niet meer van haar, zodat we kunnen aannemen, dat zij heeft bestaan van 1836 tot ongeveer 1839. Het is niet onmogelijk, dat zij na 1839 als een conventikel is voortgezet.Ga naar voetnoot1
In het archief van de Hervormde gemeente van Oud-Beijerland vinden we nog het volgende.
Op 23 maart 1836 scheiden zich af: