Een boos en overspelig geslacht. Moderne literatuur als teken des tijds
(1975)–Gert Slings– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 159]
| |
4. Het moderne eerlijkheidsideaalDe waarheid en niets dan de waarheid.Het begrip eerlijkheid heeft verschillende gebruiksmogelijkheden. Men kan het zeer positief opvatten en het beschouwen als een streven naar oprechtheid, als het zoeken naar waarheid, waarbij de nodige schroom in acht genomen wordt, omdat men beseft, dat er gebieden zijn die zozeer tot de intimiteit van het menselijk bestaan behoren, dat men daar terug treedt en zijn hand op de mond legt. In de moderne literatuur is sprake van een eerlijkheidsideaal, waarbij men er geen doekjes om windt en geen blad voor de mond neemt, zeker geen vijgeblad. Het is een eerlijkheid zonder reserve, zonder schroom, zonder schaamte. Het heeft er alle schijn van, dat de moderne schrijvers maar één grote angst kennen, namelijk voor onwaarachtig te worden versleten. De papieren van de waarachtigheid staan hoog genoteerd, zelfs zo dat bij vele schrijvers een naar het ziekelijke neigende openbaringsdrang geconstateerd kan worden, een soort geestelijke naaktloperij, waarbij blijkbaar één eis geldt: de waarheid en niets dan de waarheid. Men tracht ‘de ruimte van het volledig leven tot uitdrukking te brengen’, zoals de dichter Lucebert het formuleerde. Er bestaan geen persoonlijke geheimen meer en woorden als schaamte en schroom komen kennelijk in hun woordenboeken niet meer voor. Er is zelfs een zogenaamde bekentenisliteratuur ontstaan, waarin de schrijver niet meer schept, ordent en verheldert, maar zich ontlaadt. Hij is met huid en haar in het boek aanwezig, wanneer hij letterlijk alles vertelt wat hij beleeft, denkt, voelt met vermelding van bijzonderheden en details die iemand met enig schaamtegevoel voor zich zou houden. In de traditionele roman schept de auteur figuren, die een eigen leven leiden, in wie weliswaar autobiografische elementen aan te treffen waren, maar het waren toch figuren, die niet zondermeer samenvielen met de schrijver. In de bekentenisliteratuur worden vaak strikt individuele ervaringen, het eigen milieu, de eigen lichamelijkheid en sexuele ervaringen uitentreuren beschreven. Hierbij moet worden opgemerkt, dat het | |
[pagina 160]
| |
ook mogelijk is dat de schrijver van bekentenisliteratuur zich een hoofdfiguur schept, die niet hoeft samen te vallen met hemzelf, hoewel dit tot de uitzonderingen gerekend moet worden. Bij schrijvers als Wolkers en Van het Reve is de eerlijkheid bijna tot in het absurde doorgevoerd. | |
Oorsprong van dit eerlijkheidsideaal.Nietzsche en vooral Freud kunnen beschouwd worden als de geestelijke vaders van dit moderne eerlijkheidsideaal, toen zij de burgerlijke fatsoensmoraal als een vorm van schijnheiligheid en huichelarij aan de kaak stelden. Nietzsche baande de weg naar de moderne waarachtigheid door zijn niet aflatende verzet tegen het christendom. Dat maakte voor hem het leven te schande, omdat het ‘vunzige hyprocrieten kweekte en ‘dorre asceten en verachtelijke, want zichzelf verachtende plebejers’. Zijn strijd ging dus voornamelijk tegen de onwaarachtigheid van de christelijke moraal. Wat na de aanvallen van Nietzsche nog overeind stond, werd om ver gehaald door Freud met zijn ontmaskering van de Victoriaanse tijd, zoals we hebben gezien. Hij liet van de fatsoenlijke, burgerlijke mens niets over door zijn gedrag te verklaren vanuit de irrationele en onbewuste machten, vooral van de sexualiteit. De menselijke relaties tussen ouders onderling, tussen ouders en kinderen werden grondig geanalyseerd. Hij toonde daarbij aan, dat de mens zich vaak niet bewust is van zijn onderbewuste driftleven. Het belangrijkste gevolg van zijn optreden was, dat hij vele sexuele taboes ontmaskerde.Ga naar eindnoot3 Eerlijkheid en waarachtigheid gingen na Freud betekenen, aandacht voor en beschrijving van de erotische ervaringen zonder enige reserve. De Tweede Wereldoorlog heeft bij de jongeren vele idealen om zeep geholpen. Zij voelden zich verraden en verkocht nu tweeduizend jaren van christelijke beschaving een ongekend aantal gruwelen had opgeleverd. Wat konden ze nog van de toekomst verwachten, wanneer moord en vernietiging in deze onmenselijke afmeting in onze moderne tijd mogelijk blijken. Zo gingen zij onder de druk der omstandigheden als één van hun taken zien het ontmaskeren van alle huichelarij, schijnheiligheid en bedrog, | |
[pagina 161]
| |
en het tonen van de ware aard van de mens. Met onverdroten ijver gingen ze aan het werk, waarbij zonder scrupules de maskers van de zo fatsoenlijke, brave mens werden afgerukt. De literatuur moest een bijdrage leveren aan het onthullen van de waarheid inzake de mens, zonder enige terughoudendheid of reserve. | |
Sartre en het streven naar waarachtigheid.Het is weer vooral Sartre geweest, die aan dat ontmaskeren en onthullen een belangrijke bijdrage heeft geleverd. Hij heeft de door Nietzsche en Freud ontstane mentaliteit van ‘beter een echte zondaar dan een valse heilige’ een hechte grondslag gegeven. De onstilbare behoefte aan vrijheid bij Sartre staat lijnrecht tegenover iedere vorm van on waar achtigheid. Onwaarachtigheid is voor hem een leugen, waarbij iemand zich wil verbergen om aan zijn eigen verantwoordelijkheid te ontkomen. Alles wat de eigen vrijheid tegenwerkt of verlamt, is in strijd met Sartres overtuiging, dat de echte, waarachtige mens niet anders kan doen dan het nastreven en zoeken van zijn vrijheid. Eerlijkheid is voor hem een menselijke eigenschap die men niet vaak tegenkomt en tot de uitzonderingen behoort. De verantwoordelijkheid van de schrijver wordt ook met eerlijkheid omschreven. Wanneer iemand schrijft, kan het voorkomen, dat hij zichzelf tegenspreekt en dat er allerlei tegenstellingen in zijn handelen te constateren zijn, zoals dat in werkelijkheid ook het geval is. Wanneer de schrijver beantwoordt aan de eis der eerlijkheid, grijpt hij niet in om die te vervormen of te vervalsen, waardoor hij beter en netter en consequenter over kan komen dan hij in werkelijkheid is. Het werkelijk eerlijk zijn vraagt een zekere moed om te durven graven en peilen in zichzelf, vooral wanneer daartegen vele protesten hoorbaar worden. Een voorbeeld van het besef van verantwoordelijkheid bij een auteur vinden we in Anna Blaman, bij wie we niet altijd kunnen spreken van bekentenisliteratuur. Bij haar bezit het eerlijkheidsideaal nog zekere grenzen, hoewel ze heel wat protesten tegen haar werk over zich heen moest laten gaan. ‘Anna Blaman ontmaskert het bedrog in vriendschaps- en liefdesverhoudingen, zij legt het | |
[pagina 162]
| |
heimelijk egoïsme, de verborgen angst, de onzuivere motieven in het erotische verkeer bloot, en laat zien hoe en waarom menselijke relaties vergiftigd worden. Dat klinisch blootleggen, gericht op zuivering en inzicht, vooral op genezing van een eigen innerlijke wonde, is de zin van wat haar “wroeten in onderlijfsproblemen” is genoemd’.Ga naar eindnoot4 | |
Beoordeling van het eerlijkheidsideaal.Het begrip eerlijkheid komt bij vele moderne auteurs neer op schaamteloosheid. Te weinig wordt beseft, dat in zaken als geloof en sexualiteit de mens verplicht kan zijn, wat in de binnenkamer gebeurt niet aan de openbaarheid prijs te geven. Het is overigens zeer de vraag of we in dit verband wel van eerlijkheid, waarachtigheid en oprechtheid moeten spreken, wanneer het zozeer verbonden is met het kwade en zondige. Waarheid, eerlijkheid, oprechtheid en waarachtigheid betekenen in de Schrift niet altijd: overeenkomstig de feiten, maar veel eerder zijn ze verbonden met standvastigheid, trouw aan de roeping, vooral trouw in de liefde tot de naaste, door te spreken en te handelen zó, dat zijn goede naam en eer wordt bevorderd. De zaken die door de moderne eerlijkheid naar buiten komen, worden in Gods Woord veroordeeld als werken van het vlees: hoererij, onreinheid, losbandigheid, afgoderij, veten, twist, afgunst, uitbarstingen van toorn, zelfzucht, tweedracht, partijschappen, nijd, dronkenschap, brasserijen en dergelijke (Gal. 5:19-21). Hiertegen wordt gewaarschuwd in absolute zin: wie dergelijke dingen bedrijven, zullen het Koninkrijk Gods niet beërven. Verder staat het nog te bezien of deze schaamteloosheid werken met blijvende literaire waarde zal opleveren. ‘Het is best mogelijk dat al dit hedendaags geschrijf, waarin de auteur min of meer uitvoerig verslag uitbrengt van zijn erotische en andere ervaringen, terwijl de rest van de wereld en het leven achtergrond blijft, over een paar honderd jaar, als de wereld dan nog bestaat, waar de vol materiaal zal bieden om de twintigste-eeuwse mens te leren kennen, althans een bepaald type mens van onze tijd. Maar die waarde zal documentair zijn, niet literair’.Ga naar eindnoot5 |