Een boos en overspelig geslacht. Moderne literatuur als teken des tijds
(1975)–Gert Slings– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 26]
| |
3. De moderne literatuur als seismogram van deze tijdHet seismogram: constaterend en propagerend.De schrijver kan stem geven aan de geheimen van zijn tijdperk, ook al is hij zich dat niet of niet volledig bewust. Hij denkt wellicht in zijn schrijven volkomen origineel te zijn, maar door hem spreekt de geest van zijn tijd en de geest van het nieuwe wat nog komen gaat. Hij kan zich vereenzelvigen met dat nieuwe, met datgene wat nog slechts als een vage notie bij de mensen leeft of wat nog sluimert in de duistere uithoeken van het denk- en zieleleven van de mens. De schrijver heeft als het ware een uiterst gevoelige radarapparatuur, waarmee hij die gedachten en gevoelens opvangt, doorgeeft en vertolkt. Hieruit is te verklaren, dat er auteurs zijn, die pas na hun dood erkenning vinden. ‘Het zijn degenen die vóór een grote catastrofe de gewone mens aan het denken zetten over problemen waar deze nauwelijks aan toe was. Als helderzienden zagen ze dingen, doorleefden ze angsten, ondergingen ze crises waar hun tijdgenoten geen idee van hadden, van konden hebben’.Ga naar eindnoot6 P.J. Bouman schrijft in zijn boek ‘Van Renaissance tot wereldoorlog’ dat rond de eeuwwisseling een jonge generatie schrijvers de grens bereikt waarbij de waarneming en de ontleding van het waargenomene op het tweede plan kwamen. Hij merkt daarbij op dat ‘bij de gevoeligste naturen de groeiende intuïtieve ongerustheid tot vertwijfeling kon leiden; menigmaal bleek vooral de kunstenaarsintuïtie een culturele seismograaf te zijn, welke zelfs de lichtste trillingen aangaf’. (261) In beide citaten wordt een element naar voren gebracht, dat verschilt van het spiegelend karakter van de literatuur of de kunst in het algemeen. Zoals een seismograaf trillingen in de aardkorst registreert, die met de menselijke zintuigen niet of bijna niet waarneembaar zijn, omdat ze zeer licht zijn of van grote afstand komen, zo kunnen de schrijvers uiting geven aan een levensgevoel dat in de nabije toekomst bij de massa aan de oppervlakte zal komen. De moderne auteurs houden ons niet alleen een spiegel voor, waarin we onze tijd weerspiegeld zien, ze vormen tevens veelal de voor- | |
[pagina 27]
| |
hoede en leggen vast wat er aan veranderingen komen gaat, wat op ontkiemen staat. Wanneer dat vooruitgevoelde ons in de vorm van literatuur wordt aangeboden, kan het een rol gaan vervullen in de ontwikkeling van de samenleving. Het seismogram heeft niet alleen een constaterend karakter, maar ook een propagerend. Het wordt dan een schets van de toekomst en een krachtig middel tot verwerkelijking daarvan. Dit houdt in, dat de literatuur een plaats kan innemen in het maatschappelijke en culturele ontwikkelingsproces, doordat het als het ware een blauwdruk geeft van de toekomst. | |
Het seismogram van toen is de situatie van nu.De visie van de moderne schrijvers van de na-oorlogse jaren wordt door dr. H.J. Prakke in ‘De “seismograaf-functie” der jongere generatie’ beschouwd als baanbrekend. Hij constateert bij de hedendaagse auteurs een existentiële bevrijding uit voor hen versleten geloofs- en levenspatronen. Er bestaat in deze jongere generatie een grenzeloze weerzin tegen alle normen en conventies. Talrijke taboes worden in de moderne literatuur opgeruimd. Maar wat er overblijft, is een vacuüm. Prakke gebruikt in dit verband een sprekend beeld. De jongeren staan op een plaats van waaruit ze de werkelijkheid kunnen overzien. De werkelijkheid van een verwoest bestaan. Ze staan bij wijze van spreken in een gebombardeerd huis, waarvan alleen de trap overeind bleef staan. ‘De trap, van welks hoogste trede men een onbelemmerd zicht in de ruimte heeft. De vernietiging van het bouwwerk deed niet alleen puin ontstaan; ze hief ook belemmeringen op: het onbegrensde zicht boven de puinhopen is nu angst-aanjagend’.Ga naar eindnoot7 Al vlak na de oorlog wordt bij een aantal jongeren een levensbesef aangetroffen, dat vandaag de grote massa heeft bereikt, een levensbesef waarmee ook de jeugd van de Kerk in aanraking komt. Jonge dichters, schrijvers, schilders en filmers komen samen in Parijs en houden zich intensief bezig met de romans en toneelstukken van Sartre. Hun afkeer van en verzet tegen de gevestigde | |
[pagina 28]
| |
orde uit zich ook in hun uiterlijk: slordig gekleed in afgedankte militaire kleding, gedragen zowel door jongens als meisjes zonder onderscheid. Met hun ongekamde lange haren en hun donkere brillen vormen ze de voorboden van de jeugd van vandaag, voor wie ‘de schoonheid haar gezicht heeft verbrand’. Alles wat mooi is en goed heeft voor hen alle betekenis verloren. In hun creatieve uitingen geven ze uitdrukking aan hun onlustgevoelens en aan de schipbreuk van hun idealen. Eén van hen was, de toen nog onbekende, Simon Vinkenoog, die tussen april en juni 1950 vanuit zijn woonplaats Parijs acht zendbrieven naar Nederland stuurde, die hij voorzag van de naam ‘Blurb’ en waarin zijn lezers werden aangesproken als ‘medeslachtoffers’. Vinkenoog vormt in verschillende opzichten een voorloper van de huidige moderne jeugd. Hij was in ons land een van de eerste LSD-gebruikers. Over zijn ervaringen met drugs en de veranderingen die hij daarvan verwachtte schreef hij in verschillende boeken. Later heeft hij in verschillende tijdschriften uitvoerige pleidooien gevoerd voor een alternatieve maatschappij, waar prestatie en concurrentie met alle nare gevolgen van dien tot het verleden zouden behoren. Wat hij en zijn vrienden meer dan twintig jaar geleden aan het doek en het papier toevertrouwden heeft zijn uitwerking niet gemist. Dat zien we duidelijk om ons heen. En nu is er een nieuwe generatie aan het woord, die weer verder is gegaan en op haar beurt werkt aan wat morgen komen gaat. Zo zijn de jongere schrijvers de seismografen van de ontmaskering en de ontluistering van de mens zonder God, die als hoogste autoriteit slechts zijn eigen denken en voelen kent, die autonoom zijn eigen wetten stelt. Van deze mens geldt: ‘Bij elke stap mijn eigen herder’.
De moderne literatuur is spiegel van de tijd, maar ook seismogram. We moeten daarbij wel bedenken, dat het niet het enige middel is, waardoor de toekomst kan worden beïnvloed. De macht van televisie, radio en film met betrekking tot het cultuur- en gedragspatroon is waarschijnlijk veel groter. De tv bereikt dagelijks vele miljoenen mensen tot in de uithoeken van ons land. Gemiddeld 12 tot 14 uren worden wekelijks voor de buis doorgebracht. Velen | |
[pagina 29]
| |
die nooit een boek ter hand nemen, worden dagelijks overspoeld met uitingen van het moderne levensgevoel. Toch meen ik te mogen stellen, dat de indrukken die de televisie achterlaat oppervlakkiger zijn dan die van een gelezen boek. Velen herinneren zich bij navraag nauwelijks meer wat ze een week tevoren hebben gezien terwijl een grondig gelezen boek na lange tijd zijn invloed nog kan doen gelden. Bovendien moeten we niet vergeten, dat ook het lezen vandaag een versnelde ontwikkeling doormaakt. In 1973 bijvoorbeeld werden meer dan 85 miljoen boeken uitgeleend aan meer dan twee miljoen lezers bij openbare bibliotheken. Meer nog dan bij een beschouwing van de literatuur als spiegel van de tijd moeten we bij het seismogramkarakter ons wachten voor te voorbarige conclusies. Het lijkt ons echter onmiskenbaar, dat van het lezen een zekere invloed kan uitgaan op de toekomst. We willen bij een beschouwing over de literatuur als wapen aan dit aspect nog meer aandacht schenken. Maar het zal niet onze visie op de moderne literatuur uiteindelijk bepalen, want zij is meer dan een seismogram van deze tijd. |