Verzamelde gedichten. Deel 2
(1947)–J. Slauerhoff– Auteursrecht onbekend
[pagina 342]
| |
Antwoord van Hein BoekenGa naar voetnoot1Ik naar een Eiland ganschlijk onbewoond?
Daar zijn wel mijn confraters ver te zoeken
En geen gelegenheden te bezoeken,
Waarvan mij elk met een sonnet beloont.
'k Ben nog boordvol ('k hoop dat ge het verschoont):
Zes schoone boeken noodde ik om te boeken
Alle de schoone vaerzen, waarmee Boeken
Zijn eenzaamheid zich dicht'rlijk waardig toont.
Nog dit: ik wil wel naar het Eiland, mits
Ik redacteur blijf van De Nieuwe Gids,
Opdat ook daarin nog mijn laatste snik,
Die zich nauwkeurig in sonnetvorm loost,
Wordt bijgezet, meteen een laatste toast
Van mijzelf op mijn laatst oogenblik.
|
|