Dagboekfragmenten 1940-1945
(1954)–T.M. Sjenitzer-van Leening– Auteursrechtelijk beschermd
Vertaling van het voorafgaande fragment
| |
[pagina 287]
| |
Iedereen wacht op een ander en zo gebeurt er niets. En de soldaten kunnen weer naar de gevangenkampen in Duitsland gaan ... Eerst het lagere kader, straks de anderen. Hoe kan het ook anders als er geen verandering komt - geen Daad die de plannen zal wijzigen. Sinds 28 September 1942 is de toestand aan de fronten belangrijk gewijzigd. De Duitsers liggen niet meer in de Kaukasus, Stalingrad wordt niet meer bedreigd, de Russen hebben in de winter hard van zich afgeslagen en nu is het front aan de Donetz en wordt aan de Koeban nog gevochten. Het wachten is op de zomercampagne. In Afrika is deze herfst een Amerikaans leger aan land gegaan en Rommel is teruggeslagen tot Tunis, de stad en de naaste omgeving en zit als een muis in de val. Maar binnen een paar weken zal het hier afgelopen zijn en is Afrika van Italianen en Duitsers gezuiverd. Dan is het wachten op het tweede front. In de lucht zware aanvallen op alle belangrijke steden en havens in Duitsland en de bezette gebieden. Superioriteit van Engeland in de lucht - steden worden tot puinhopen. Zo is het oorlogsbeeld in grove trekken op het ogenblik. Duitsland in de verdediging - de Geallieerden in de aanval - en de bezette gebieden reikhalzen naar het tweede Europese front.
Aukje is een heel stuk beter tegenwoordig. Zij doet alle huiswerk weer mee, ze kan weer naaien, breien, stoppen - fietst weer, maar nog niet te ver! Ze loopt ook wel veel in huis, maar wordt erg gauw moe als zij buiten een eind zou lopen. Maar wij zijn erg blij, dat het tenminste zo ver is! Als alles normaal was gebleven was ze vandaag voor 4 weken naar het H.O.Ga naar voetnoot* gegaan - nu is het wachten op de 11e Mei. Als dan de toestanden weer wat beter zijn, gaat zij er even tussen uit. Het zal haar goed doen, die lieve schat. De kinderen zijn goed gezond al klaagt Rinke wel eens over zijn maag. Aukje denkt dat het wormen zijn, maar ze komen niet los. Roelke's voet is weer genezen en hij is verder ook goed gezond. Morgen gaat hij voor het eerst naar school - al zal hij wel een dag moeten wachten nu de ouders hun kinderen morgen thuis willen houden! Hij heeft erg veel zin in school en het blijkt nu al dat hij een goede leerling zal worden. Hij rekent al tot 20. 3 + 8 + 5, | |
[pagina 288]
| |
zege hij zomaar, is 16 en hij heeft een zuiver taalgevoel, net zoals Rinke. Hij kan nog niet lezen, maar is toch zover, dat hij het in een oogwenk door zal hebben. De leesplank bijv. legt hij zomaar. Nu zijn de twee knapen op de grote school. Rinke is vanzelfsprekend overgegaan. Hij had het beste rapport van de vierde klas en hij zit nu in de vijfde, maar - lag er maar een klein jongetje of meisje in de wieg - wat zou ik dat heerlijk vinden! |
|