Dagboekfragmenten 1940-1945
(1954)–T.M. Sjenitzer-van Leening– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 150]
| |
Vrijwilliger Nederlands Legioen, 33 jaar
| |
Vrijdag 13 Februari- Dadelijk, van 11 tot 1 uur de laatste wacht. Het zal mij benieuwen, of wij vannacht eens aan één stuk door kunnen slapen. Gisteren is een jongen van de 10e kompie door de wacht door z'n billen geschoten. Ja, als je geen Russen ziet, dan moet je toch iets hebben, waar je op schieten kunt. Van der Kamp heeft vannacht een hond doodgeschoten. Toen het licht werd, bleek het de tackel van den Kommandeur te zijn. Het beest is weggestopt. Misschien dat er nu een spähtrupp wordt uitgezonden, om het beest op te sporen. Veel succes zal het niet hebben. - Aan de gevels van de huizen zie je af en toe wat snijwerk. Meest eenvoudige figuren. Het Zonnerad en het vruchtbaarheidssymbool komen regelmatig voor. Dit schijnt dus niet specifiek Germaansch te zijn. | |
[pagina 151]
| |
De kleeren van de menschen zien er allemaal even somber, dor en versleten uit. De kinderen lijken precies kleine groote menschjes. Het zijn ook echte bedelaartjes in den dop. | |
16 Februari- Weer eens wat anders met de elfde kompie. Twee dagen geleden bedreigde Meulenkamp Donders met een geweer. Bij den ObstufGa naar voetnoot* verklaarde hij dat hij hem dood zou schieten. Hij is daarom onder bewaking gesteld. Maar het mooiste is, dat gisteravond Beulemans (de Brusselsche pooier) op wacht door zijn been is geschoten. Het geval was verdacht. Thans is uitgekomen dat Loots met hem had afgesproken dat zij elkaar zouden verwonden. Loots heeft het eerst geschoten. Met een pistool hetwelk gestolen werd van Lauwersen. Toen hij echter Beulemans hoorde kermen van de pijn werd hij bang en nam de beenen. Volgens geruchten moet de poot van Beulemans afgezet zijn geworden. Maar dat zal wel een latrine-gerucht zijn. Zoo gaat ook het praatje dat van Dellen één dag na opname in het lazaret overleden moet zijn. - Het vriest vandaag weer ellendig hard, terwijl het gisteren wel voorjaar leek. We krijgen 3 etmalen wacht. De 6e groep moet vandaag reeds 8 uur onafgebroken staan. Ik heb geboft. Unterkunftwache. Aan verschillende dingen merk ik, dat zij mij, als een der oudsten, voorrechten verleenen. Raar idee, dat ze mij als een der ouwetjes beschouwen. M'n rheuma wordt steeds erger. Ik hoop dat de komst van warmer weer er verandering in zal brengen. | |
21 Februari- Inkt is op, zoodat ik noodgedwongen tot mijn potlood mijn toevlucht moet nemen. De laatste week niets anders dan wacht, wacht en nog eens wacht. 's Nachts een uur op en een uur af. Je krijgt geen kans dat je behoorlijk slaapt. De laatste twee dagen bunkerwacht gehad. Een verschrikkelijke koude geleden, hoewel het toch niet zo bijster hard vroor. - Dertig meter van onze bunker lag een doode Russische soldaat. Vermoedelijk was hij reeds weken lang dood. Zijn heele houding wees erop, dat hij doodgeschoten werd toen hij kruipende den weg wilde naderen. Kopschot. Tegen de sneeuw leek het alsof zijn handen zwart waren. | |
[pagina 152]
| |
's Nachts is het inspannend om te blijven waarnemen. Overal hoor je wat of denk je wat te hooren. Ik heb mij in geen drie dagen gewasschen. M'n handen zien zwart. Misschien dat ik dadelijk even gelegenheid heb. Verder geen nieuws. Eerste bataillon moet 80 gevangenen gemaakt hebben met 2 Poolsche officieren. Worp moet vermist zijn. De vijfde kompie moet reeds 45 uitvallers hebben. Beter dan zoo heel weinig! | |
24 Februari- Gisteren hebben we den vuurdoop gehad! En niet zoo mis ook! Zondagavond moesten we de 9e kompie aflossen, die een boschrand bezet hadden. Om acht uur waren we daar. De posten werden uitgezet. Het vroor flink. Vermoedelijk 25 à 35 graden. We moesten in de sneeuw gaan liggen. Zoo hebben we tot 's morgens 7 uur gelegen. Koud! Geen voorstelling van te maken. Ik had niet gedacht, dat een mensch dat kon uithouden. Eten konden we niet, omdat het brood geheel en al bevroren was, evenals de koffie, die in onze veldflesschen was. - Om zeven uur moesten we trachten het bosch voor een gedeelte te veroveren. Ik behoorde ook tot de uitverkorenen. In het kort, het is een hel geweest. We waren nog niet goed en wel begonnen of er waren al een paar gewonden en dooden. De Russen zaten in het bosch overal verscholen. In de boomen, achter struiken, overal werd op ons gevuurd. Het ellendige was, dat we de Russen niet zagen. We moesten naar voren terwijl de kogels ons om de ooren vlogen. Hoe ik erdoor gekomen ben is mij een raadsel. Zeker wel 15 kogels, die rakelings langs mij heen gegaan zijn. Twee aanvallen hebben we gedaan. De derde aanval was niet meer mogelijk. In het kort, we hebben minstens 25 uitvallers, waaronder zeker 12 dooden. |