Dagboekfragmenten 1940-1945
(1954)–T.M. Sjenitzer-van Leening– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 132]
| |
Vrijwilliger Nederlands Legioen, 33 jaar
| |
[pagina 133]
| |
Jammer dat Baars en Schipper er niet bij zijn. Ja, hechten mag je je eigenlijk niet aan de kameraden. Het eene oogenblik heb je die, en het volgende oogenblik lig je weer op een andere kamer. Vandaag hebben we verder vrij. Gisteren een zware marsch van een kleine 30 K.M. gehad. Na enkele kilometers had ik reeds enkele blaren. Op m'n tanden gebeten en doorgezet. Na afloop veel voldoening dat ik den marsch volbracht had. | |
Maandag, 27 October- Vandaag is onze vriend Wijga door den mand gevallen. Hij heeft bekend dat hij verschillende keeren van kameraden heeft gestolen. Hij is uitgekleed en volgesmeerd met schoenvet. Toen is hij door de jongens gewasschen. Niet erg zachtzinnig! Hij wordt voorloopig in arrest gesteld en komt t.z.t. voor het Krijgsgerecht. Ik vermoed dat hij wel twee jaar tuchthuisstraf zal krijgen. Ik had toch medelijden met hem niettegenstaande ik het altijd een reuze klier heb gevonden. In de korten tijd dat hier nu de compagnie weer is opgericht zijn er al 18 veroordeelingen geweest. En de minste is 5 dagen scherparrest. Geen kachel aan. Twee dekens en op de houten planken slapen. Geen lectuur, niet kaarten enz. enz! Dus niet bepaald zachzinnig. De 4 menschen die de beenen hebben genomen zitten nog steeds in voorarrest. Ze beginnen er ellendig slecht uit te zien. De algemeene mening is, dat er niemand van de menschen die den eed hebben geweigerd naar huis komen. De officieren denken dat zij voor de Arbeidsdienst of iets dergelijks gebruikt zullen worden. |
|