14 |
heb verrast: mogelijk zou hebben bedrogen (door de bliksem te stelen) |
15 |
Ongespiegelt: Zonder een voorbeeld te hebben genomen |
16 |
Promeetheus: Prometheus stal het vuur uit de hemel, om daarmee uit klei geknede poppen te bezielen. Jupiter strafte hem door hem vast te binden aan de Kaukasus, waar een gier zijn steeds weer aangroeiende lever kwam uitpikken. |
19 |
hy: Jupiter |
19-20 |
neeven Synen aarends rugge: naast de rug van de arend, Jupiters vaste attribuut (Six zal hebben bedoeld, dat Jupiter op de arendsrug zat). De dondergod tast naar zijn wapen, de bliksem, die langs de zijde van zijn ‘rijdier’, de arend, hangt. Hij blijkt zijn wapen echter nog te hebben. |
21-22 |
Dies ... uit: En omdat hij zich bevreesd afvraagt wat dit dan wèl te betekenen heeft, legt zijn dochter Venus hem het raadsel uit |
23 |
dat sy: de persoonsvorm volgt eerst in r. 34 |
|
de vrucht Askanje: dwz. Johan Georg van Anhalt, die ook graaf van Askanië was |
24 |
een appel van Oranje: nl. Henriette Catharina, de derde dochter van Frederik Hendrik en Amalia van Solms. Het huwelijk van Henriette met Johan Georg was op 6 juni 1659 in Groningen gesloten (vgl. wb Vondel viii, p. 707). |
28 |
opgetoogen: grootgebracht |
29 |
Dien: Johan (opperbevelhebber van de troepen van Brandenburg) |
30 |
Deese: Henriette |
|
van min wars: zeer kuis |
31 |
Troostverselster der Princesse: Die prinses Amalia tot haar troost heeft bijgestaan. Amalia was immers weduwe sinds 1647. |
32 |
naa: naar |
|
haar: Venus' |
34 |
met gewin: tot voordeel, winst |
36 |
Dat dies: En Venus vertelt, dat om die reden (nl. omdat zij getrouwd waren) |
36-39 |
van ... wierdt: op prachtige wijze een festijn was aangericht als bruiloftsfeest dat een herhaling was van de bruiloft die eerder in Groningen was gevierd |
39-40 |
van de vaaders Van den Amstel: door de vroede vaderen van Amsterdam |
40 |
ryk van aaders: de Amstelstad, die rijk is aan aderen |
41 |
bedankbaar: ‘dankbaarheid voelend’ |
43 |
besondren: bijzonder |
45 |
schermsel: de beschermende macht |
|
den Prins: Frederik Hendrik |
47 |
Dat dies: En Venus vertelt, dat daarom |
|
d'ontglomme lonken: de van liefde gloeiende blikken |
48 |
vonken: nl. de feestelijke disverlichting |
51 |
schichten: nl. de afgestoken vuurpijlen |
52 |
swichten: moeten wijken, onderdoen |
53 |
Zijn ontstooken: Zijn aangestoken (de feestverlichting en de vuurpijlen zijn dus als het ware aangestoken aan de opgegloeide blikken van de bruid) |
54 |
uitgeroemden prys: ten volle geuite dankbaarheid |