7-9 |
syn sinnen [...] hingh: zich met plezier heeft gewijd |
9 |
Van langer hand, al: Al sedert lange tijd |
11 |
's duivels kussen: vgl. het spreekwoord ‘ledigheid is des duivels oorkussen’ |
12 |
arger: kwalijker |
|
ydelheit: hol vermaak |
13 |
Dewyl hem dan: Omdat hem nu (de constructie wordt opgevat in Verdrietigh valt, r. 18) |
14 |
de tweedemaal: nl. in 1655, na de eerste reis in 1654 |
|
gestrandt: beland |
15 |
maakte: heeft gevoeld, gekoesterd |
16 |
in krygh: tijdens de eerste Engelse oorlog (1652-1654) |
|
hoofden raakte: machthebbers heeft aangetast. Six doelt op zijn hekeldichten op Cromwell, met name op het felle Kontrefeitsel van Olivier Kromwel (no. [349]) |
17 |
De voornacht: De avond (onderwerp bij Verdrietigh valt, r. 18) |
|
om: vanwege |
18 |
Verdrietigh: Lang en vervelend (wnt, xix, 1448) |
21 |
Zoo: expletief, vat Dewyl (r. 13) op |
|
een kindsche, en broederkus: een kus van een kind en een broer |
22 |
Niet naa gewente: Niet naar hij gewoon is, nl. niet aldus, in dichtvorm |
23 |
schuim van fielen: uitschot van schurken |
24 |
Om welkers konst: Door wiens sluwe handigheid |
|
behielen: met ... bleven zitten |
25 |
die seepery behouwt: die zeepziederij-met-gebouw, dat ‘huys en erve’ (Van Dillen, Bronnen iii, 1974, p. 488) |
26 |
betrouwt: toevertrouwd. Follin zou immers op het bedrijf gaan wonen en de produktie ter hand nemen (vgl. de toelichting bij gedicht no. [124]). |
27 |
ontliep: in de steek liet |
|
alvooren wel bestoolen: die daarvóór erg bestolen was (bepaling bij die seepery bebouwt) |
28 |
smeer: vet |
|
boomoli: olijfolie |
|
soude: soda (wnt xiv, 2462) |
|
koolen: steen- of houtskool |
30 |
syn paar: zijn vrouw |
31 |
straffe: strenge |
32 |
Spaansche seep: een bijzondere zeep uit olijfolie, gebruikt bij het wassen van textiel (Chomel vii, 4316). Follin kende blijkbaar een speciale bereidingswijze van deze zeepsoort. In 1647 had hij in de Weesper compagnie naast zijn arbeid alleen zijn deskundigheid ingebracht. Het kapitaal van de onderneming kwam van een ander. |
|
siên: zieden, koken |
|
onderwonden: gedurfd |
34 |
Geschooren: Geplunderd, Afgezet |
|
eenerlei gescheer: eenzelfde aanhoudende dieverij (wnt iv, 1712, deze plaats) |
35 |
rabouten: schooiers |
36 |
sich derven [...] verstouten: het gewaagd de euvele moed te hebben |